Scroll verder

Jobcarving en inzet van technologie sleutel tot oplossen arbeidskrapte

Kunnen we tekorten in de techniek en zorg oplossen door te zorgen dat meer mensen mee kunnen doen op de arbeidsmarkt met behulp van jobcarving en nieuwe technologieën zoals het exoskelet? Ergon en Senzer zijn grote spelers als het aankomt op het matchen van vraag en aanbod op de arbeidsmarkt, gericht op mensen met een kwetsbare positie op de arbeidsmarkt, onder andere met een arbeidsbeperking. Aan het hoofd van beide organisaties staan twee bevlogen vrouwen die veel ideeën hebben over de hervorming van de dienstverlening, zodat werkgevers hun vacatures beter kunnen invullen en tegelijkertijd mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt gewoon weer mee kunnen doen.

Mensen aan het werk

Je kent Senzer en Ergon waarschijnlijk al van de mensen die voor hen werken in de werkbedrijven, bijvoorbeeld in de groenvoorziening en schoonmaak. Of je maakt al gebruik van hun diensten als werkgever. Beide organisaties zoeken echter ook steeds meer naar hoe technologie hen helpt mensen inzetbaar te maken. Of constructies waardoor het voor werkgevers interessant is om de mensen die zij bemiddelen in dienst te nemen.

“Meer dan 80% van de mensen die bij ons komt, heeft een laag opleidingsniveau en geen startkwalificatie”, zegt Marion van Limpt, algemeen directeur bij Senzer sinds juni 2019. “Mijn pleidooi; zet mensen meteen aan het werk en je ziet wat ze kunnen. Komen ze op tijd? Kunnen ze samenwerken, instructies volgen, wat zijn de talenten? Het klinkt simpel maar dat is wel essentieel om iemand naar tevredenheid naar een werkgever te sturen. En dat zie je niet tijdens het gesprek, maar wel als we diegene meteen laten werken. Soms blijkt iemand bijvoorbeeld geen veiligheidsinstructie te kunnen lezen. Of iemand komt niet op tijd op het werk. Dat is niet altijd onwil; sommigen begrijpen de busregeling niet of ze snappen niet hoe ze naar hun werkplek moeten komen. Als je zo iemand recht naar een werkgever stuurt, is het afbreukrisico enorm. En als je de talenten niet kent, kun je ze ook niet benutten. Dat kunnen we intern opvangen met ons werkbedrijf.”

Belang van goede begeleiding

“Ergon kijkt samen met werkgevers hoe mensen wél aan het werk kunnen” vertelt Yvonne van Mierlo, algemeen directeur van Ergon sinds juni 2018. “Goede begeleiding is essentieel om werk voor mensen met een arbeidsbeperking succesvol te maken. Neem nou iemand met een Autisme Spectrum Stoornis. Dan moet je erover nadenken hoe je een baan kunt afbakenen, en hoe je iemand extra kunt begeleiden. We zijn goed in het begeleiden van mensen in hun ontwikkeling naar en in werk. Ergon regelt een jobcoach voor de mensen die we aan het werk helpen, maar bedrijven ontwikkelen zich daar zelf ook in, merken we.” Marion vult aan: “Mensen met een psychische beperking of zij die veel begeleiding nodig hebben, hebben een hogere kans op uitval en dat risico willen werkgevers vaak niet. Daar hebben wij een oplossing voor bedacht: wij hebben veel mensen in loondienst die we vervolgens detacheren bij reguliere werkgevers en kunnen ondersteunen met jobcoaching, loonkostensubsidie of een no-riskverzekering. Door dit concept loopt de werkgever minder risico en is deze veel vaker bereid toch mensen met een arbeidsbeperking in de organisatie te laten werken.”

Yvonne leert de mensen en het werk dat zij voor Ergon doen goed kennen doordat zij iedere maand een dagdeel meewerkt met een team. “Onder begeleiding van onze medewerkers, schrob ik de wc’s, hark de plantsoenen aan, et cetera. Die geven mij de instructies hoe ik dat moet doen. En ze vertellen tegelijk hun (levens)verhalen op zo’n dag, waar ze trots op zijn of moeite mee hebben. Dat zijn vaak bijzondere verhalen. Ik leer daar ontzettend veel van over onze organisatie. Onlangs was ik een dag aan het werk samen met een medewerkster die de koffieautomaten onderhoudt bij onze klanten. Ze legde me uit hoe ik de bekertjes bij moest vullen. Omdat ik niet zo groot ben, ging dat helaas niet meteen goed. Toen zei ze: “Het is niet erg Yvonne, van fouten kun je leren.” Zo probeerde ze me gerust te stellen. Heel mooi vond ik dat.”

Inzet van technologie om tekorten in de zorg en techniek anders op te lossen

Door met technologie nieuwe mogelijkheden te zoeken om werk toegankelijk te maken, hebben we een mogelijke oplossing voor tekorten in techniek en zorg in handen. Senzer stond onlangs nog in de Volkskrant met zijn aanpak. “We denken samen met de regionale werkgevers na over hoe we werk aantrekkelijk kunnen maken voor mensen middels technologie”, zegt Marion. “Ik heb prachtige voorbeelden gezien van hoe onze mensen succesvol aan de slag gingen in de techniek. Bijvoorbeeld iemand met een beperking die middels beamerinstructies een ontiegelijk ingewikkelde motor in elkaar zet. Bij partnerbedrijf Dorel maken we gebruik van technologie om te analyseren wanneer mensen moeilijker werk aan kunnen. Dat is een mooi voorbeeld van publiek-privaat samenwerken en passend voor de Brainport regio. Door het inzetten van onze kennis, begeleidingskwaliteiten en slimme technische oplossingen kunnen we die match beter maken.”

“Als ik kijk naar de zorg, ben ik ervan overtuigd dat ook daar mogelijkheden zijn”, geeft Yvonne aan. “We zijn de slimste regio hier. Als we die kennis en ervaring goed inzetten, zijn we best in staat om veel vacatures in te vullen. Er is ontzettend veel technologie ontwikkeld voor de zorg. Maar we moeten dan wel uit onze comfortzone durven te stappen en anders kijken naar vacatures. In de zorg loop je al snel tegen grenzen aan van bijvoorbeeld tilbeperkingen. Maar met de techniek van het exoskelet kan je op een heel andere manier kijken naar datzelfde zwaardere werk. De vraag daarbij is steeds: “hoe maken we high-tech, high-touch?”

Meer werkgeluk en minder tekorten door jobcarving

Niet alleen de inzet van technologie zal daarbij helpen. “Ik vind echt dat er meer met jobcarving moet worden gedaan”, bepleit Marion. Jobcarving staat voor het afsplitsen van taken van diverse functies, om die vervolgens samen te voegen tot een functie die mensen met een beperking kunnen uitvoeren. “Je moet creatief kijken hoe het wel kan, en samen met bedrijven een match maken met beschikbare vaardigheden, in plaats van met een gehele functie of vacature”, zegt Yvonne. “Dit zie je bijvoorbeeld ook in ziekenhuizen bij het proces rondom röntgenfoto’s maken. Daar worden foto’s gemaakt en geanalyseerd, maar ook mensen opgehaald uit de wachtkamer en uitkleedinstructies gegeven. Dat laatste kan ook door een gastvrouw in plaats van de radioloog worden gedaan.” Marion vult aan: “De werkelijkheid is gewoon dat er niet een bak met allemaal werkloze zorgprofessionals op mbo 3 en 4 klaarstaat terwijl daar wel een tekort aan is. Dus investeer dan in een persoon die niet dat niveau heeft maar die wel de zorgprofessional kan ondersteunen. Diegene maakt het kopje koffie en geeft de planten water maar hoeft niet het infuus aan te leggen, waar die zorgprofessional dan plots meer tijd en aandacht voor heeft. We hebben daar een traject voor: zorgassistent. Mensen die op het mbo niet in staat waren hun certificaat halen, lukt het hier met een zeer intensief traject toch om helpende te worden.”

“We zijn in de huidige arbeidsmarkt steeds op zoek naar de schapen met de vijf poten”, schetst Yvonne. “De vraag is of dat nodig is. Wij zien hier dat mensen heel gelukkig zijn met dat stukje werk dat ze mogen doen, dat is van veel betekenis. Werken met mensen met een beperking draagt voor bedrijven niet alleen bij aan het vervullen van je maatschappelijke functie maar is ook echt een verrijking van je organisatie.”

Co-creëren in Brainport

De twee organisaties zijn geen vreemde voor elkaar. “We werken heel intensief samen met Ergon, de arbeidsmarkt houdt zich niet aan gemeentegrenzen”, geeft Marion aan. Samenwerking in de regio is van groot belang, ziet ook Yvonne: “Ik zie veel kansen voor verbinding met partijen van buiten; het bedrijfsleven, Brainport en het onderwijs. Je moet dit als gemeenschappelijk doel oppakken en niet allemaal proberen de problemen op te lossen vanuit je eigen instituties. Daarvoor moet je dus iets van autonomie durven afgeven en de samenwerking met buiten durven aangaan. Ik ben ervan overtuigd dat als we dat doen, we samen veel meer kunnen bereiken dan ieder voor zich. Ik denk dat we onderschatten hoe groot de kracht van samenwerking is in de regio.” Een mooi voorbeeld is het initiatief van Impact040 waar het bedrijfsleven in samenwerking met de overheid zich hard maakt voor belangrijke thema’s zoals armoede, polarisatie en participatie.

Daarbij is preventie in de regio van groot belang. “Sowieso ben ik ervan overtuigd dat we mensen uit de uitkering moeten proberen te houden”, licht Marion toe. “Je kunt net overleven met het geld dat je krijgt. Vaak krijgen mensen dan schulden als ze een keer pech hebben, als bijvoorbeeld de koelkast kapot gaat. Dat kost veel psychische energie die niet meer beschikbaar is voor werk. Wat moeten we nou doen om mensen in de bijstand actief te krijgen, al is het maar voor twee dagdelen? Mijn persoonlijke overtuiging is dat je altijd beter kunt investeren zodat mensen mee kunnen doen. Ja, dat kost geld, maar het kost meer geld als mensen uitvallen en bijvoorbeeld in de psychiatrie of met justitie in aanraking komen. Dus wij investeren al in mensen voordat ze in de uitkering terecht komen, maar daar krijgen we geen geld voor. Terwijl die investering op de lange termijn loont.”