Startup AquaWomb geeft premature baby’s een betere start

Onderzoekers van de TU/e, Máxima MC en The Gate richten samen met de TU/e een bedrijf op voor medische apparatuur voor veel te vroeg geboren kinderen.
De nieuw opgerichte startup AquaWomb ontwikkelt met inzichten uit het Horizon-onderzoek ‘Perinatal Life Support’ een watercouveuse voor de klinische praktijk. Hun droom: veel te vroeg geboren kinderen een betere start geven, door ze nog even onder water te laten doorgroeien tot ze er klaar voor zijn om lucht in te ademen.
Nu het Horizon-onderzoek naar Perinatal Life Support (PLS) is afgerond, zijn enkele onderzoekers bezig met het opstarten van vervolgonderzoek binnen de faculteiten Biomedical Engineering en Industrial Design.

Onderzoekers Myrthe van der Ven en Guid Oei kozen samen met business developer Marcel Quist voor een ander pad. Zij richtten samen met de TU/e het bedrijf AquaWomb op, met als droom om een werkende watercouveuse naar de klinische praktijk te krijgen.
Vroeggeboren kinderen
Het bedrijf richt zich nadrukkelijk op de klinische omgeving waar deze zeer vroeggeboren kinderen verzorgd en verpleegd worden. Dat gebeurt in Nederland meestal op een NICU (neonatale intensive care unit) - een intensive care voor heel jonge kinderen.
Voordat het AquaWomb-team een compleet werkende watercouveuse op de markt kan brengen, moeten de wetenschappelijke resultaten nog wel verder doorontwikkeld worden tot een product. Hiervoor verwacht het bedrijf de eerste jaren te draaien op innovatie- en onderzoeksubsidies. De roadmap voor de ontwikkelstappen van de watercouveuse wordt gemaakt aan de hand van klantonderzoek dat op dit moment plaatsvindt.
Het Perinatal Life-support System – de watercouveuse
In Nederland wordt geboortezorg verleend voor kinderen vanaf 24 weken zwangerschap. Dankzij de kennis en kunde van de geboortezorg in ziekenhuizen en op onze NICU’s worden de overlevingskansen voor deze kinderen alsmaar beter.
Alleen zijn deze kinderen er nog niet klaar voor om buiten de baarmoeder, dus in lucht te functioneren. Het Horizon-2020 onderzoek dat de afgelopen jaren is uitgevoerd vanuit de TU/e met verschillende partners, zoals het Máxima MC, Medsim, en Uniklinik RWTH Aachen was er dan ook op gericht om te onderzoeken hoe de zorg voor deze kinderen beter kan. Niet alleen voor de overlevingskansen, maar juist om complicaties na de geboorte (zoals zuurstofgebrek vanwege de nog niet optimaal werkende longen) en gevolgen op de lange termijn voor deze kinderen te verminderen.
Daarvoor is gewerkt aan een nieuw soort couveuse waar de pasgeborene direct vanuit de buik onder water in kan worden overgebracht. Zo’n watercouveuse, die de startup AquaWomb verder gaat ontwikkelen, moet dan niet alleen zorgen dat de baby zich verder kan ontwikkelen.
Het is ook van belang dat de zorgverleners weten hoe het met de baby gaat én dat er contact is met de ouders om direct vanaf de geboorte een band op te kunnen bouwen met hun kind. Myrthe van der Ven, onderzoeker en CEO van AquaWomb, en Juliette van Haren onderzoeker en ontwerper aan de faculteit Industrial Design, leggen uit hoe dit werkt in de video van Universiteit van Nederland.

De manikin doorontwikkelen
De eerste stap voor AquaWomb is het verder ontwikkelen van de speciale manikin die in het PLS-onderzoek is ontwikkeld. ‘Manikin’ is de vaktermen voor een realistisch model van de mens, bijvoorbeeld voor het opleiden van medische studenten.
Illustratie hoe aanstaande ouders met behulp van de manikin kunnen wennen aan de verzorging van een zeer vroeggeboren kind. Illustratie: Aquawomb / Mary-Ann Pepers
In dit geval is het een realistisch model van een baby die na 24 weken zwangerschap geboren wordt. Juliette van Haren en haar collega’s van de faculteit Industrial Design ontwierpen deze manikin en de eerste versies van de watercouveuse tijdens haar promotieonderzoek.
Van der Ven: “De manikin is niet alleen realistisch qua grootte en gewicht, er zitten ook sensoren in. Zo kunnen we precies meten hoe het met de baby gaat, zoals zuurstof en hartslag, maar ook hersendoorbloeding en temperatuur.”
“Daar zijn digital twin-modellen aan gekoppeld , zodat we meetwaarden realistisch kunnen inschatten of het tijdens de procedures en behandelingen goed gaat met de baby. Dat maakt de manikin niet alleen geschikt voor verder onderzoek, maar juist ook voor het opleiden van iedereen die te maken krijgt met extreme vroeggeboorte, van aanstaande ouders tot verpleegkundigen en gynaecologen.”
Gebruikerswensen ophalen
“Ouders die een vroeggeboorte verwachten, hebben zeer waarschijnlijk nog nooit een veel te vroeggeboren baby in het echt gezien, laat staan in hun handen gehad,” legt Van der Ven uit. “Daarom denken wij dat er een markt is voor de manikin. Dat is een marktonderzoek dat we direct gaan starten.”
“Ik kijk er echt naar uit om mensen te gaan interviewen over de manikin en zo gebruikerswensen voor deze manikin op te halen. We voeren deze interviews uit in Europa, omdat je ziet dat geboortezorg wereldwijd best wel verschilt. Binnen Europa zijn de wensen en regelgeving toch het beste met elkaar te vergelijken op dat vlak. We gaan hier speciale demonstratiemodellen van de manikin voor maken”

Bekendheid vergroten
Als startende onderneming is het altijd lastig dat de doelgroep van het bedrijf je nog niet kent. Dus gaat ook AquaWomb aan de slag om hun bekendheid te vergroten. Het netwerk van vermaard gynaecoloog en onderzoeker Guid Oei komt daarbij zeker van pas.
“Ik verwacht dat we bij veel ziekenhuizen op bezoek zullen gaan om met hun verloskunde en kindergeneeskunde teams te overleggen over hun wensen voor de watercouveuse”, zegt Van der Ven. “Ook gesprekken met ouders van te vroeg geboren kinderen staan op ons programma.”
“Daarnaast kennen we onze concurrentie vrij goed,” licht Van der Ven toe. “Zo zijn er teams in de Verenigde Staten, Australië en Barcelona die al werken aan een watercouveuse. Ze verschillen wel op een belangrijk punt met ons, en dat is dat ze vooral zijn opgezet vanuit de foetale chirurgie in plaats van de verloskunde.”
Die chirurgische teams zijn al wat verder in hun ontwikkeling. Zo zijn er al teams met succesvolle dierproeven, terwijl deze experimenten bij AquaWomb nog op de roadmap voor de toekomst staat.
Sterk verhaal vanuit de verloskunde
“De chirurgische oplossingen gaan per definitie uit van een keizersnede waarna de baby onder narcose en via de lucht wordt overgeplaatst naar de couveuse en aangesloten op alle apparaten. Vanuit AquaWomb willen we zo dicht mogelijk bij de natuur blijven en brengen we de baby vanuit een keizersnede via een speciale transferzak gevuld met kunstvruchtwater over in de watercouveuse.”
“Daarnaast hebben wij ons bij het ontwerpen van onze couveuse niet alleen gericht op medische factoren, maar ook op het gemak waarmee verpleegkundigen voor de baby kunnen zorgen en hoe ouders een band kunnen opbouwen met hun kind in de watercouveuse. Dat maakt ons ontwerp wel echt anders.”
Daarnaast heeft de Aquawomb minder dierproeven nodig dankzij de mathematische modellen en de testmetingen met de manikin. Daarmee kan de veiligheid van het kindje in de watercouveuse en de transfer van het kindje van moeder naar het apparaat zeer nauwkeurig worden voorspeld.
“Daarom hebben wij dierproeven pas nodig in de allerlaatste stap als verplichte validatie voor de medische wereld. En dan hopen we dat onze ambities uitkomen: namelijk een betere start bieden aan zeer prematuur geboren kinderen.”