‘Ik weet nu dat ik het alleen kán, maar niet meer wil’

Geschreven door TU/e
Startups
Alumna Linda Zandt-Sloot wist haar uitdagingen om te buigen tot haar grote kracht. En runt nu mede een succesvolle startup.

Doorzetten en bewijzen dat je het wél kunt, ondanks tegenwerkingen en tegenslagen. Linda Zandt-Sloot weet hoe dit voelt. Na een moeilijke start op de basisschool en jarenlange problemen met haar fysieke gezondheid, slaagde ze op 38-jarige leeftijd cum laude voor de master Data Science. En richtte ze ondertussen mede een succesvolle startup op in de energiesector. “Met mensen om je heen die je echt kennen, kun je zoveel meer bereiken.”

Linda Zandt-Sloot heeft kenmerken van autisme, is dyslectisch, en superintelligent. Ze is nu 39 jaar, heeft zichzelf goed leren kennen en ervaart inmiddels ook de voordelen van haar superanalytische brein. Ze heeft zich opgebokst tot mede-oprichter en hoofd data science van startup Tibo Energy, waar ze zich als een vis in het water voelt.

Toen ik jong was, bestond autisme niet, en zeker niet voor meisjes. Ze vonden me gewoon wat raar en negeerden me.

Linda Zandt-Sloot


Dat was in haar jeugd wel anders. Linda groeide op in een klein dorpje in Noord-Holland. “Toen ik jong was, had ik moeite met lezen, raakte snel overprikkeld en kon moeilijk contact maken met andere kinderen en leerkrachten. Over autisme werd toen niet gesproken, en zeker niet bij meisjes. Ze vonden me raar, en negeerden me meestal.” Dat ze de ziekte van Pfeiffer kreeg en lange tijd ziek thuis was, hielp ook niet.

De basisschool waar ze na een verhuizing terechtkwam, was een hel voor haar. “Ik werd zwaar gepest in de klas. Kreeg continu te horen dat ik nergens aan mocht meedoen, omdat ik anders was.”

Haar basisschooltijd legde op negatieve wijze de kiem voor haar drive om altijd de beste te willen zijn. Om er te mógen zijn “Nog steeds heb ik regelmatig het gevoel dat wat ik heb bereikt, niet genoeg is.”

Op een gegeven moment besloot ik dat ik het wel alleen zou doen.

Linda Zandt-Sloot


Afkijken bij citotoets

Toen ze boven verwachting scoorde tijdens de citotoets in groep 8, zei haar leraar dat ze vast had afgekeken. “In een stille klas een toets maken, zonder continue prikkels, werkt heel fijn voor mijn analytische brein.” Ze moest de citotoets overdoen in het kantoor van de directeur, en weer scoorde ze beter dan verwacht.

De school gaf haar het advies naar een IVBO-school te gaan. “Dit is kleinschalig onderwijs waarin je basisvaardigheden leert, zodat je bij de plantsoenendienst kunt gaan werken.”
 

Toelatingstest

Linda’s ouders herkenden hun dochter totaal niet in dit advies. Ze zorgden dat Linda een toelatingstest mocht doen voor mavo op de middelbare school. “Ik was zó trots dat ik theoretisch onderwijs mocht gaan volgen.”

Omdat de mavo-klas vol zat, werd ze in een kleine mavo/havo-klas gezet. Met de mededeling dat ze het tweede jaar naar mavo-2 zou gaan. Dat gebeurde niet: Linda scoorde zo goed dat ze overging naar havo-2. En havo-3.

Die docent heeft echt het verschil gemaakt voor mij.

Linda Zandt-Sloot


In havo-3 kwam er voor het eerst een leraar op haar pad die Linda zág en benoemde wat ze in haar mars heeft. “Hij zei ‘je staat onvoldoende voor alle talen, maar daar staan louter tienen voor de bètavakken tegenover. Je hebt hier niet genoeg uitdaging. Ik wil dat je naar het atheneum gaat.’ Die man heeft echt het verschil gemaakt voor mij”, vertelt ze met een glimlach.
 

Ziekte van Pfeiffer

Halverwege de derde stapte ze over naar 3-atheneum. Met hard werken wist ze, ondanks haar dyslexie, voor de talen ook voldoendes te halen. In 4 atheneum klopte de ziekte van Pfeiffer weer aan bij Linda en zat ze een jaar ziek thuis. Daarna rondde ze 5 en 6-vwo af.

Ommezwaai

De grote ommezwaai kwam op de Universiteit Twente, waar Linda op haar negentiende chemische technologie en technische natuurkunde ging studeren. Ze kwam, als een van de weinige meisjes die er toen studeerden, in een studentenhuis terecht met dertien jongens als huisgenoten. “Ik kwam daar pas in míjn wereld terecht.”

Op dag één van de introductieweek ontmoette ze Bas-Jan Zandt, die begeleider van haar groepje natuurkundestudenten was. Ze wist meteen: dit gaat fout. “In de pré-intro voor meisjes werden we continu gewaarschuwd dat je niks moet beginnen met je intropapa. Ik lachte toen nog, want ik had geen enkele interesse in jongens. Ik was hier om te studeren.”
 

Mijn vader vond altijd al dat ik meer plezier moet maken en me minder moest richten op de beste zijn.

Linda Zandt-Sloot


Het lot besloot anders en de vonk sloeg over de eerste keer dat ze elkaar zagen. “We wisten allebei meteen dat we de ware waren voor elkaar. Bas verstond wat ik bedoelde, in plaats van wat ik zei. Dat was voor mij, met mijn toen zwaar beperkte sociale vaardigheden, echt een wonder. Hij heeft me geleerd hoe ik met de rest van de wereld kon communiceren, gaf me een stem.”

“Dus moest ik na drie dagen intro al mijn vader bellen, om te vertellen dat ik een vriendje had. Hij moest heel hard lachen. Hij vond altijd al dat ik meer plezier moest maken en me minder moest richten op de beste zijn.”

Over met de pret

“Ik had de beste tijd van mijn leven op de universiteit. Toen kreeg ik voor de derde keer de ziekte van Pfeiffer en was het uit met de pret.” Ze moest aan het eind van het eerste jaar stoppen met haar studie.

Deze keer was het menens: “Mijn immuunsysteem werkt niet voor honderd procent. Daardoor kon de ziekte gaan woekeren in mijn lijf. Ik raakte verzwakt, en mijn lichaam deed niet meer wat het moest doen. Ik kon alleen nog maar op bed liggen en werd arbeidsongeschikt verklaard.”
 

Ik kreeg de diagnose ME/CVS. Een verzamelnaam voor ‘je bent volledig uitgeput en kunt geen klap meer, maar we weten niet waarom’.

Linda Zandt-Sloot

Ontelbare behandelingen in revalidatiecentra en ziekenhuisbezoekjes volgden in die jaren. “Ik kreeg uiteindelijk de diagnose ME/CVS, een soort verzamelnaam voor ‘je bent volledig uitgeput en kunt geen klap meer, maar we weten niet waarom.”

Uiteindelijk ging Linda met kleine stapjes vooruit. “Ik moest met een rolstoel de deur uit, maar ik wilde graag weer iets doen. Toen ben ik twee ochtenden per week gaan werken als roostermaker. Na een ochtend werken, lag ik de rest van de dag en de dag erna op bed. Maar ik had wel het gevoel dat ik weer meedeed aan de samenleving.”
 

Zwangerschap

Toen ze op haar 28ste zwanger werd van hun eerste kind, ging het een stuk beter. “Mijn lijf leek door al die hormonen een boost en reset te krijgen.” Haar man Bas-Jan was inmiddels afgestudeerd en gepromoveerd in de neurofysica en kreeg een postdocpositie aangeboden in Noorwegen. Het jonge gezin verhuisde voor twee jaar naar Noorwegen, waar hun tweede zoon werd geboren.

Drie zonen en meerdere verhuizingen naar het buitenland voor het werk van haar man verder, kwam het gezin naar Eindhoven voor een baan bij ASML. “Ik voelde me goed en zei tegen mijn vader: ik ga op zoek naar een baan. Daar komt niks van in, antwoordde hij. Je bent pas 33 jaar, je gaat een diploma halen. Werken kun je nog lang genoeg.”
 

Te oud

“Ik verklaarde hem voor gek: ik ga niet op mijn 33ste en met drie kinderen terug naar de universiteit, tussen alleen maar 18-jarigen. Bovendien was ik te oud om daarna het carrièretraject te volgen om onderzoeker te worden.”

Linda’s vader bleef pushen, en stuurde haar informatie door over de opleiding Data Science aan de TU/e. Ze bezocht een open dag en wist meteen dat dit iets voor haar was.
 

Toen onze jongste zoon negen maanden oud was, ging ik weer de collegebanken in.

Linda Zandt-Sloot


Om de studie te kunnen combineren met haar gezin, diende ze een plan in om vertraagd te studeren. Daarmee zou ze haar bachelor Data Science niet in 3, maar in 4,5 jaar halen. “Na goedkeuring door de examencommissie ging ik in 2018 terug de collegebanken in. Onze jongste zoon Marcel was toen negen maanden oud.”In het eerste kwartiel kwam ze erachter dat ze vaak meer had met de docenten die de werkcolleges begeleidden, dan met studiegenoten. “Ik had veel lol met Josh Mengerink die het vak Programmeren-1 gaf. Hij had door dat ik dingen snel oppikte en gaf me extra opdrachten. Hij vertelde dat hij met zijn vriend Bram Cappers een bedrijf aan het opstarten was. Hij bood aan te komen praten als ik afgestudeerd was. Maar ik was zo enthousiast, dat ik aanbood op zomerstage te komen.”

Goede klik

De drie hadden een goede klik en Linda ging aan de slag bij ze. “Ik vond het wel spannend, want zij waren twee gasten met een PhD. Wat wist ik nou?”

Op haar eerste dag gaven ze haar de resultaten die uit hun algoritme kwamen met de boodschap er maar eens in rond te neuzen. Daarop bleef het een paar uur stil, tot Linda zich omdraaide en zei: “Jongens, jullie drempelwaarden kloppen niet. Maar als je die en die cijfers verandert, verwacht ik dat je een betere uitkomst krijgt.”
 

Ik ben heel goed in patronen zien in data. Mijn superanalytische brein is dus ergens goed voor.

Linda Zandt-Sloot

“Ze moesten heel hard lachen. Zij waren hier al een half jaar mee bezig. Het kan niet zo zijn dat jij het na een paar uur al beter weet dan wij, zeiden ze. Maar het klopte wél wat ik zei. Ik ben gewoon heel goed in patronen zien in data. Mijn superanalytische brein is dus ergens goed voor.”

Ze ging naast haar studie een dag in de week aan de slag bij Bram en Josh. Dat bedrijf ging later over in CodeNext21, met Linda als mede-aandeelhouder. “Wij vormen een supergoed team met z’n drieën, vullen elkaar heel goed aan. Welk algoritme er ook gebouwd moet worden, wij kunnen het.”
 

Energietransitie

De wens was groot om niet voor opdrachtgevers te werken, maar zelf een platform te bouwen. Op een terrasje in Brussel filosofeerden Bram en Linda over de sector waarin ze dat dan wilden doen. “We kwamen uit op de energietransitie. Er is zoveel data beschikbaar, de netcongestie speelde al. Wij bedachten dat het slimmer moest kunnen. Zo is Tibo Energy ontstaan, waarmee we ons eigen platform bouwen om energiesystemen te managen.”

Wat doet Tibo Energy?

Tibo Energy heeft een energiemanagementsysteem (EMS) ontwikkeld. Met dit softwareplatform kunnen bedrijven hun energieverbruik optimaliseren en kosten terugbrengen. Het systeem kan de energiesystemen ook aansturen.

Dat start met het maken van een digital twin van alle energie-onderdelen van een bedrijf. Zowel de onderdelen die energie verbruiken als die energie opleveren, zoals zonnepanelen en warmtepompen. De huidige situatie wordt hierin verwerkt, maar ook de gewenste situatie. Denk aan het aanleggen van zonnepanelen, of het plaatsen van laadpalen.

“Onze software kan vervolgens simulaties maken die dertig jaar vooruit kunnen kijken. Je kunt scenario’s maken: wat gebeurt er als er een strenge winter komt, of als we een batterij erbij plaatsen, of als we van het gas af gaan en warmtepompen installeren. Het systeem levert meteen een antwoord op die vragen”, zegt Linda Zandt-Sloot van Tibo Energy.

Het platform is gebouwd voor complex energieverbruik, bijvoorbeeld bij bedrijven, of op campussen. “Het kan in een live situatie onderdelen aansturen: je zonnepaneel moet nu uit, want terugleveren kost geld, of je laadpaal kan nu het beste maar op veertig procent draaien. Het is een slim systeem dat je verbruik continu in de gaten houdt en bijstuurt waar nodig.”

Op de foto  (v.l.n.r.) de oprichters van Tibo Energy: Josh Mengerink, Linda Zandt-Sloot en Bram Cappers. Foto: Bart van Overbeeke

Leestips

Alle nieuws