Een veilige, groene toekomst kun je niet downloaden in de appstore
“Jonge ondernemers moeten zich goed realiseren dat het niet altijd leuk is. Als je dat verwacht, kun je beter op een onbewoond eiland gaan zitten. Als je wel gaat ondernemen; Eat shit and keep going."
“Wat echt impact betekent? Ik kan jou nu ophalen, naar een plek in Bergen op Zoom rijden waar een fabriek staat die miljoenen insecten kweekt. En zeggen: voordat wij ons hier veertien jaar geleden mee bezighielden, was dit er niet”, begint Kees Aarts. Hij is medeoprichter en ceo van Protix; de grootste insectenkwekerij ter wereld.
Aarts is op 25 september een van de drie keynote speakers op het Level Up event in Eindhoven. De titel van zijn keynote – ‘Hoe ik met Protix mijn beste team ooit bouwde’ – spreekt voor zich. “Er zijn veel onderwerpen waarover ik het zou kunnen hebben, maar bijna alle vraagstukken en problemen van ondernemers beginnen bij de vraag: hoe bouw ik een goed team? Om daadwerkelijk impact te kunnen maken, zul je goede teams moeten bouwen. Daarmee valt of staat alles.”
‘Eat shit and keep going’
Op de vraag wat een team dan precies goed maakt, is Aarts’ antwoord simpel: collega’s die zowel formeel als informeel met elkaar omgaan, elkaar begrijpen, risico’s durven nemen en lol hebben, ook in moeilijke tijden. “Als mijn team me vraagt om iets te tekenen en het moet snel gebeuren, dan zet ik zonder twijfel mijn handtekening. Ik hoor later wel wat precies de reden was. Ik doe dat omdat ik weet dat ze me alleen onder druk zouden zetten als het echt nodig is.”
Ook belangrijk: de realisatie dat – hoe gezellig het onderling ook is – het niet altijd leuk kan zijn. “Als je dat verwacht, kun je beter op een onbewoond eiland gaan zitten. Als je wel gaat ondernemen; Eat shit and keep going. Dat is iets wat ik jonge ondernemers graag wil meegeven: wanneer je een goed idee hebt en over de juiste capaciteiten beschikt, denk dan groot, in termen van een internationaal bedrijf met duizenden werknemers. En dan doorzetten door alle tegenslagen heen, dát is pas leuk.”
Zwarte soldaatvliegjes
In 2009 richtte Aarts samen met compagnon Tarique Arsiwalla Protix op. Het doel is duidelijk: een duurzaam en concurrerend alternatief op de markt brengen voor vis- en veevoer. En wel met insecten, die in de fabriek worden verwerkt tot duurzaam eiwitmeel en vet. Voordelen van insecten ten opzichte van andere opties zijn legio: voor de kweek is weinig ruimte nodig, insecten gedijen goed op reststromen en de CO₂-uitstoot is vele malen lager dan bij alternatieven, zoals kippenvlees (27 keer lager) of soja (7 keer lager).
Veertien jaar later staan er bijna tweehonderd mensen op de loonlijst en worden er in de fabriek in Bergen op Zoom jaarlijks miljoenen zwarte soldaatvliegjes gekweekt. Op het program staan onder andere productie voor menselijke consumptie en uitbreiding van fabrieken in Canada, Amerika en Europa. Als alles volgens plan verloopt, wordt de tweede fabriek – ergens in Europa, de locatie is nog geheim – over twee jaar in gebruik genomen.
Flexibiliteit
Hoe Aarts terugkijkt op de afgelopen veertien jaar als ondernemer? “Het is eigenlijk niet heel veel meer dan gewoon doen, je mensen motiveren en lol maken. In het ene geval moet je de druk opvoeren, in het andere moet je het juist rustig aan doen. Soms moet je op je strepen staan en boos worden, soms niet. De ene keer moet je iemand ontslaan, de andere keer moet je iemand juist niet ontslaan.
De ceo is recht voor z’n raap en denkt goed na over hoe hij zijn antwoorden formuleert. Dat het ondernemen hem – meestal – goed afgaat, wijt hij deels aan zijn nuchtere opvoeding. “Ik heb van mijn ouders heel goed geleerd om te relativeren. Dat heeft me veel gebracht.”
Als het aan hem ligt, zouden we meer gewicht moeten hangen aan de definitie van ‘ondernemer’. Van iemand die in een webshop handdoeken of zeepjes verkoopt, wordt hij niet warm of koud. “In mijn ogen is een ondernemer iemand die in staat is om een community te bouwen. Iemand die met zijn bedrijf van meerwaarde is voor de maatschappij. Een veilige, groene toekomst gaan we echt niet downloaden van de appstore.”
Bovendien hoort Aarts steeds vaker dat investeerders hoog opgeven van de manier waarop ze bijdragen aan duurzame of maatschappelijke innovaties. “Alleen bedrijven, initiatieven en projecten kunnen waarde toevoegen. Aan de kant van het geld zitten is veiliger en brengt meer op. Maar investeerders teren in feite op inspanningen van ondernemers. Die wél risico lopen en heel hard moeten werken. Als je het mij vraagt, zouden er meer mensen moeten overstappen van de geldkant, naar de kant waar het geld besteed wordt. Beide werelden hebben elkaar nodig maar de wereld van uitvoeren kan niet groot genoeg zijn. Ondernemen is risico nemen niet kapitaal alloceren.”
Red flag: ondernemen vanuit een anti-houding
Even nadat het interview is afgelopen, belt Aarts terug. Hij is iets belangrijks vergeten, wat hij de bezoekers van Level Up in september graag wil meegeven. “Ik zie steeds vaker dat de trigger om te ondernemen een aversie of sterke anti-houding is. Dus: Shell is slecht, dus ik ga iets met zonne-energie doen. Maar de kans dat je succesvol wordt is dan nihil, omdat de drijfveer niet goed is. Er zijn echt niet veel slechte mensen of slechte bedrijven. Natuurlijk, er zijn genoeg zaken die anders moeten, maar dat komt omdat het systeem zich niet leent voor snelle verandering. Als je als ondernemer puur en alleen een bedrijf wilt beginnen omdat de rest het allemaal niet begrijpt, dan is dat een alarmbel dat je het niet gaat redden.”