3D-composiet printer voor engineeringstudenten bij Fontys

Het gaat om een flexbot (robotarm) met een geïntegreerde 3D-printer en een printoppervlakte van 2 x 1,2 meter. De printer is geschikt voor polymere materialen met koolstofvezels. Hoewel dit composietmateriaal sterker en stijver is dan staal, is het wel lichter. Het is voor lichtgewicht onderdelen het ideale productiemateriaal. Zo is het materiaal erg populair in de ruimtevaart, in de automobielindustrie, bij defensie maar ook voor recreatieve toepassingen.

Het project dat als eerste van start gaat voor studenten in het onderwijs heet AACOMA(Accelerate Advanced Composite Manufacturing). Het project is voornamelijk gericht op kleine en middelgrote bedrijven in de maakindustrie. Voor dit project print Fontys een demonstratiemodel. Met de resultaten van de verzamelde gegevens verzorgt Fontys demonstraties en trainingen in de regio. Het project is opgezet in samenwerking met verschillende universiteiten en onderzoeksinstituten in Nederland, in België als in Duitsland in de Euregio Maas-Rijn.  

Onderzoeksproject Modu-Base

De printer zal niet alleen gebruikt worden voor het onderwijs, ook voor onderzoeksprojecten. Het eerste onderzoek waar de hogeschool de printer voor inzet is gericht op lichte, elektrische voertuigen (LEV). Deze zijn vaak gebouwd op een metalen platform, waarvan de productiemethode veel materiaal, tijd en energie kost. Daarnaast zijn deze traditioneel geproduceerde platformen lastig te recyclen. Het onderzoek van Fontys, genaamd Modu-Base, richt zich op een 3D-geprint platform als alternatieve productietechniek en circulaire basis voor lichtgewicht voertuigen.