20 november 2024
Brainport onderwijsinstellingen leiden vanaf 2025 jaarlijks honderden extra technici op
- Onderwijs
- Ondernemen
- Strategie & Organisatie
- Innovatie
- Arbeidsmarkt
Door de bliksem na te bootsen, ontwikkelt VitalFluid, een TU/e spin-off, een duurzaam alternatief voor chemische bestrijdingsmiddelen in de glastuinbouw.
Wanneer bliksem inslaat op water, heeft het tijdelijk een desinfecterende werking. Ook de regen tijdens een onweersbui heeft die kortstondige werking. Medeoprichter en ceo Paul Leenders: “Het universum bestaat voor 99% uit plasma. Een speciaal segment binnen de wereld van plasma is het combineren van luchtplasma met water. Dit is waar onweer ontstaat. Onweersbuien worden niet voor niets groene regen genoemd. Deze plasma-geactiveerde buien hebben een tijdelijk reinigend effect en het water dat overblijft bevat een hoger gehalte aan gebonden stikstof. Dit is de manier van de natuur om planten en bomen van voeding te voorzien. 8 miljoen keer per dag slaat er ergens ter wereld bliksem in, en het is goed voor meer dan 10% van alle gebonden stikstof op aarde.”
Startup VitalFluid bootst dat principe na om chemische pesticiden de wereld uit te helpen en ontwikkelt een duurzame vorm van bemesting door middel van Plasma Activated Water (PAW). Het bedrijf ontwikkelde een reactor die normale omgevingslucht in een plasma-fase brengt. De vierde aggregatietoestand na vast, vloeistof en gas. Leenders: “Lucht bestaat voor zo’n tachtig procent uit stikstof en voor twintig procent uit zuurstof. Met elektrische energie bootsen we bliksemschichten na die door de lucht heen gaan.” Zo komt de lucht in een plasmafase. Die lucht brengt de reactor in contact met 'gewoon water'. “Als je dat doet, dan heeft dat water een kortdurende desinfecterende werking. Die reactiviteit verdwijnt na zo’n twintig minuten tot een half uur.”
Door bliksem te kopiëren, kan VitalFluid natuurlijke stikstof leveren als een duurzame vloeibare meststof voor planten en gewassen. Het wordt op de boerderij geproduceerd en gebruikt alleen water en omgevingslucht als input. Telers zijn dus minder afhankelijk van externe inputs. Leenders: “Al in 2012 bleek dat we met deze technologie een duurzaam alternatief kunnen aanbieden voor pesticiden. Bijkomend voordeel was dat PAW als residu een meststof is en dus volledig door de plant kan worden opgenomen. We richten ons nu hoofdzakelijk op glastuinbouw, maar daar komen in de toekomst ook tuinbouw en openteelt bij.”
Oprichters Paul Leenders en Polo van Ooij ontmoetten elkaar in 2014. Leenders werkte in die tijd aan een project met TNO Space en ESA om lucht te desinfecteren en te steriliseren. Via dat project kwam hij in contact met plasma-specialisten aan de TU/e.
Van Ooij studeerde in 2014 als elektrotechnisch ingenieur aan de TU Eindhoven en staat aan de technische kant van de onderneming. De mannen zagen de potentie van de technologie. In een volgend project onderzochten ze samen met Wageningen Universiteit en het Radboudumc, een aantal bedrijven uit Nijmegen en de TU Eindhoven als 'technologie-leverancier', hoe de technologie veilig toe te passen zou zijn.
Leenders: “Het gezamenlijke project liet mooie resultaten zien. Ook bleken er mogelijkheden te liggen om dat plasma-geactiveerde water in te zetten als een duurzaam alternatief voor chemische bestrijdingsmiddelen.”
Inmiddels verkopen ze hun reactoren in Europa en de Verenigde Staten. Over de grootste uitdaging die de startup tegenkwam, hoeft Leenders niet lang na te denken. “Wet- en regelgeving legt met name in de EU flinke barrières op om de markt op te kunnen met onze producten. Het zijn vaak lange en dure trajecten van wel acht jaar, om te kunnen voldoen aan alle procedurele eisen die worden gesteld aan toelating in de EU. Buiten Europa is dat slechts 1 tot 2 jaar.” Het grootste hoogtepunt, aldus Leenders, vond dan ook plaats buiten de EU. “In de VS is er qua wet- en regelgeving veel meer mogelijk. De eerste tien machines die VitalFluid verkocht in de VS, zie ik als ons belangrijkste succes.”
VitalFluid is gevestigd in de Brainportregio; een bewuste keuze, want het bedrijf kon kiezen tussen Nijmegen of Eindhoven. Het koos voor het laatste. “Juist vanwege het ecosysteem. Wij zijn een hightechbedrijf en hebben baat bij een hightechnetwerk en andere hightechbedrijven, dus Brainport was – en is – voor ons de meest logische plek.”
De Gerard & Anton Awards zijn mede mogelijk gemaakt door EY, Rabobank, V.O. Patents & Trademarks, TWICE, Kadans Science Partner, Braventure, Lumo Labs, Gemeente Eindhoven, High Tech Campus, Philips, Goevaers & Znn. B.V. en DeepTechXL.