‘In deze regio begint een breder wereldbeeld niet in een boekje, maar in de klas’

De Brainportregio wordt steeds internationaler. Dat biedt kansen, maar vraagt ook iets van kinderopvanglocaties en het basis-, voorgezet- en speciaal onderwijs. Daarom werken overheden, het bedrijfsleven en onderwijsinstellingen samen aan het waarmaken van dezelfde ambitie: in 2027 is de regio zo ingericht dat ze kan inspelen op de steeds fluctuerende instroom van internationale kinderen. Hoe we dat doen, en waar kansen en uitdagingen liggen? Daarover vertellen pedagogisch medewerkers, leraren, bestuurders en beleidsmakers. Deze keer: Erik Wissink, bestuurder van het samenwerkingsverband (SWV) Helmond-Peelland PO.
Het mooiste dat je een kind kunt geven is een kans. Die tekst prijkt op een grote poster in Eriks kantoor. ‘Het is wat mij voortdurend drijft in mijn werk’, vertelt hij. ‘Als samenwerkingsverband streven we naar passend en steeds inclusiever onderwijs voor zo’n 25.000 kinderen op 109 aangesloten basisscholen. Dat betekent dat alle kinderen, wat hun culturele achtergrond of ondersteuningsbehoefte ook is, mee kunnen doen.’ Zo ook nieuwkomers. ‘Voor hen is taal de toegangspoort tot de maatschappij. Daarom ontwikkelt onze taalprojectgroep tools die scholen en kinderopvanglocaties direct in de praktijk kunnen gebruiken.’
Taalwaaier
Een van die tools is een poster, die vanuit het perspectief van een meertalig kind laat zien wat diegene nodig heeft. Onlangs kwam daar een taalwaaier bij, waarop 46 taalspellen staan voor kinderen van 0 tot 7 jaar. Iedere basisschool en kinderopvanglocatie in de Brainportregio ontvangt er één. ‘Aan de waaier is met veel organisaties samengewerkt: van scholen tot de bibliotheek en van Kentalis tot de GGD. Op die samenwerking ben ik trots.’ Maar om internationale kinderen een kans te geven, is meer nodig. ‘In de regio Helmond-Peelland hebben we te maken met een grote diversiteit aan internationals: vluchtelingen, arbeidsmigranten en kenniswerkers bijvoorbeeld. Die kun je niet over één kam scheren. Daarom is een gedifferentieerde aanpak nodig, met oog voor verschillen en cultuur.’

Omgaan met culturele verschillen
Erik is dan ook groot voorstander van Samen Leren in Diversiteit, een programma dat onder andere via trainingen culturele diversiteit onder de aandacht brengt. ‘Het is belangrijk dat leerkrachten goed toegerust zijn om internationale kinderen te ondersteunen en een gesprekspartner te zijn voor hun ouders. Tijdens trainingen worden zij geconfronteerd met hun eigen vooroordelen – die hebben we namelijk allemaal – en worden ze bewust van culturele verschillen. Een leerkracht vertelde eens dat zij een Hindoestaans meisje over het hoofd aaide. Haar ouders waren daar boos over, want daarmee doorbrak zij de lijn naar het goddelijke. Dat had ik ook écht niet geweten, terwijl die kennis het verschil kan maken.’
Goede basis begint bij het jonge kind
Volgens Erik verrijkt diversiteit het klaslokaal. ‘We willen kinderen in Nederland op laten groeien tot wereldburgers. In deze regio hoeft dat niet alleen uit boekjes, maar krijgen leerlingen een breder wereldbeeld door de verschillende culturen in hun klas. Dat is supermooi.’ Maar om alle kinderen tot hun recht te laten komen, is het volgens Erik wel belangrijk om vroeg te beginnen. ‘Uit onderzoek bleek dat bijzonder veel internationale kinderen in de Brainportregio in het speciaal onderwijs terechtkomen. Sommigen hadden de klink van het regulier onderwijs nog niet eens aangeraakt. Dat was een wake-upcall. Als zij de weg naar voor- en vroegschoolse educatie (extra ondersteuning voor peuters en kleuters met een taalachterstand) beter weten te vinden, vergroten we hun kansen. Daarom is focus op het jonge kind nu extra belangrijk.’
Het verschil maken door samen te werken
Die focus brengt Erik niet alleen aan. ‘Dat doen we samen in de Brainportregio. Bijvoorbeeld vanuit de Taskforce Onderwijsopgave Brainport, waarin naast andere onderwijsprofessionals ook het bedrijfsleven, de kinderopvang en gemeenten zijn aangehaakt. Als we de focus op het jonge kind willen leggen, hebben we die ketenpartners nodig. Zeker nu het ministerie het streven heeft uitgesproken om in heel Nederland in 2035 inclusief onderwijs te bieden. In bewustwording, monitoring en het trekken van één lijn in de Brainportregio zie ik een mooie rol weggelegd voor de taskforce. Als we écht het verschil willen maken, moeten we wel samenwerken.’
Regionale Uitvoeringsagenda Internationalisering Onderwijs
Dit artikel is onderdeel van een reeks interviews met bestuurders en professionals uit de kinderopvang en het onderwijs. Zij vertellen over wat internationalisering van het onderwijs voor hen betekent en hoe zij werken aan de Regionale Uitvoeringsagenda.
Deze agenda gaat over de kansen die internationalisering van de Brainportregio biedt, maar gaat ook in op de druk die dit met zich meebrengt voor de kinderopvang en het funderend onderwijs. Samen werken we aan een passend en flexibel onderwijsaanbod voor de verschillende doelgroepen, en aan fysieke onderwijsvoorzieningen. We zorgen ervoor dat alle kinderen zich welkom voelen in de Brainportregio én dat alle kinderen de kansen die onze regio biedt optimaal kunnen benutten.
De agenda kun je hier downloaden. Voor meer informatie neem je contact op met Mieke Zijlstra, programmamanager, m.zijlstra@brainportdevelopment.
Neem contact op met Mieke Zijlstra