20 november 2024
Brainport onderwijsinstellingen leiden vanaf 2025 jaarlijks honderden extra technici op
- Onderwijs
- Ondernemen
- Strategie & Organisatie
- Innovatie
- Arbeidsmarkt
Studententeam VIRTU/e ontwikkelt de wijk van de toekomst. De technologie voor een duurzame woning bestaat al, nu het sociale aspect nog.
Er zijn eindeloos veel mogelijkheden om duurzamer te leven. Van korter douchen en vaker plantaardig eten tot het aanleggen van een warmtepomp en zonnepanelen. “De uitdaging zit niet in het bouwen van een huis dat op energiegebied zelfvoorzienend is, dat is al mogelijk. De uitdaging zit in het samenbrengen van technologieën en mensen”, zegt Willem Arts, woordvoerder bij studententeam VIRTU/e. “Pas als mensen de technologieën ook echt gaan gebruiken, bereiken we het gewenste resultaat: een duurzaam leven.” Voor de Solar Decathlon bedacht het team een concept voor een duurzame wijk waarin niet de technologie maar de mens centraal staat.
VIRTU/e, een studententeam van de Technische Universiteit Eindhoven (TU/e), doet in 2022 mee aan de Solar Decathlon. In deze competitie gaan achttien studententeams de strijd met elkaar aan. Zij bouwen een duurzaam huis op zonne-energie dat door een onafhankelijke jury wordt beoordeeld. De competitie is volgend jaar in Wuppertal, Duitsland. Uit onderzoek van de Eindhovense studenten bleek dat veel mensen een barrière ervaren om duurzaam te gaan leven. Velen denken dat hun huishouden het verschil niet gaat maken en dat bedrijven en overheden moet inzetten op duurzaamheid. “Wij geloven dat ook de kleine bijdragen wel een verschil maken. Daarom willen we mensen motiveren duurzamer te gaan leven”, zegt Arts.
De Eindhovense studenten hebben voor de Solar Decathlon een concept uitgedacht voor een duurzame wijk, genaamd Ripple. Het woonconcept is bedoeld om mensen te inspireren en zo duurzaam leven verder te verspreiden, als de kringen om een druppel in het water. In de nieuwe wijk komen bestaande technologieën samen. Zij bouwen appartementen die aangepast kunnen worden naar de wensen van mensen in een wijk, bijvoorbeeld op het gebied van woonoppervlakte en indeling. De kern van het huis is een machinekamer met bijvoorbeeld de installaties van de warmtepomp. Daar omheen kunnen ruimten, zoals de keuken, woonkamer en slaapkamers, toegevoegd worden.
Het hele complex komt bovenop bestaande gebouwen, zoals winkels. “Veel gebouwen hebben een plat dak. Dan is het mogelijk om er een paar lagen bovenop te zetten. Al moeten we wel eerst kijken of dat met de huidige fundering kan”, legt hij uit. Bouwen op bestaande panden is beter voor het milieu. Er is geen nieuwe grond voor nodig. Daarnaast gaat het sneller omdat er bijvoorbeeld geen fundering aangelegd hoeft te worden. Bovendien scheelt dat materialen. Op het dak komt een groenvoorziening op de biodiversiteit te behouden.
Door het aanpasbare systeem waar VIRTU/e mee werkt, kunnen de studenten makkelijk gezamenlijke ruimten toevoegen aan het complex. Die gezamenlijke ruimten zijn erg belangrijk voor het sociale aspect van de wijk. “Mensen worden vaak door hun omgeving geïnspireerd om duurzamer te gaan leven. Door gezamenlijke ruimten te creëren hopen we mensen vaker samen te brengen”, vertelt hij. Niet alleen in de gebouwen, maar ook buiten is ruimte voor bijeenkomsten met wijkbewoners.
De zogenoemde mobility hubs spelen hierbij een belangrijke rol. In de wijk komen verschillende plekken voor deelauto’s, scooters en fietsen. De pakketbezorger levert hier de pakketjes af zodat hij niet naar ieders adres hoeft te rijden.Dat scheelt een hoop kilometers en daarmee uitstoot. In het gebouw van de hub is ook ruimte om duurzaam opgewekte energie op te slaan. Daarnaast hebben deze hubs een sociale functie. Op het dak is ruimte voor een gezamenlijke volkstuin. De ruimte kan ook gebruikt worden om een feestje te vieren of op een warme zomerdag een barbecue te houden.
Bouwtechnisch en praktisch gezien is de wijk helemaal ingericht op een duurzaam leven. “Maar mensen moeten het dan wel een goede manier gebruiken”, zegt Arts. Bijvoorbeeld op het gebied van energieverbruik is dat een opgave. Overdag wordt er het meeste duurzame energie opgewekt, alleen gebruiken huishoudens juist ’s avonds de meeste energie. Opgewekte energie kan wel worden opgeslagen maar daarbij gaat er altijd een klein deel verloren. “Daarom zou het beter zijn als mensen overdag meer energie gaan gebruiken, bijvoorbeeld door overdag de vaatwasser en de wasmachine te laten draaien”, legt hij uit. De studenten willen dit makkelijker maken door huishoudelijke apparaten met elkaar en met de gebruiker te laten communiceren. Zo kunnen de apparaten op gunstige tijdstippen – waarop veel energie beschikbaar is – draaien.
Daarnaast moeten bewoners aangespoord worden om ook echt gebruik te maken van deze technologie. Daarvoor hebben de studenten een app ontwikkeld. “Mensen delen vaak hoeveel stappen ze hebben gezet. Datzelfde effect willen wij ook creëren met duurzaam leven”, legt de student uit. Gebruikers kunnen via de app bijhouden hoe duurzaam ze leven en dat kunnen ze delen met anderen. “Dat zorgt voor motivatie bij de gebruikers zelf en zij inspireren hiermee ook andere mensen om duurzamer te leven.”
Komende zomer bouwen de studenten een demonstratiehuis op de campus van de TU/e. In dit huis zijn twee appartementen en een gezamenlijke ruimte verwerkt. Dit is een voorproefje voor het gebouw dat zij volgend jaar in Wuppertal gaan bouwen. Het eerste huis wordt onder andere gebouwd met materialen van het paviljoen, een onlangs afgebroken gebouw op de campus. “We willen hiermee laten zien dat het echt haalbaar is om duurzaam te bouwen”, zegt Arts. “Maar ons belangrijkste doel is mensen inspireren om duurzamer te leven.”