Je oude smartphone is grondstof voor een nieuwe
Het Eindhovense studententeam CORE bewijst met een oven dat het mogelijk is om elektronische apparaten volledig te recyclen.
Je smartphone volledig recyclen? Het kan. Studententeam CORE van de Technische Universiteit Eindhoven (TU/e) bewijst het met de oven die het team afgelopen week onthulde. Daarmee zetten de studenten een forse stap richting de zero-age. Het tijdperk waarin de mensheid al het afval dat ze genereert, weer omzet naar grondstoffen. “Honderd procent recycling dus”, zegt oprichter van het team en student Scheikundige Technologie Dirk van Meer.
Zeldzame metalen
De wereldwijde productie van elektronisch afval is zo’n 50 miljoen ton per jaar. Slechts twintig procent daarvan komt terug in nieuwe producten. De rest belandt grotendeels op stortplaatsen in derdewereldlanden, waar het zorgt voor milieuverontreiniging en gevaar voor de bevolking. Of mensenhanden halen het uit elkaar, wat de arbeiders blootstelt aan gevaarlijke stoffen. Tegelijkertijd raken de zeldzame metalen, die nodig zijn voor bijvoorbeeld elektrische auto’s en batterijen, de komende decennia op. De winning van deze metalen is bovendien meestal sterk vervuilend. En er is een wereldwijde strijd gaande om die zeldzame metalen. De uitvinding van CORE is een stap om niet alleen e-waste te recyclen, het is ook een antwoord op de steeds schaarser wordende metalen.
Aarde als bron
In een eerder interview met IO zegt Van Meer dat de aarde de bron was voor het recycle-proces. Afval komt via bijvoorbeeld verontreinigde lucht en afgebrokkelde stenen in rivieren terecht. Die rivieren brengen het naar de zee. Daar zinkt het langzaam naar de bodem. Om vervolgens via de kieren tussen de tektonische platen in de kern van de aarde te verdwijnen. Daar is het zo heet dat de materialen weer vervallen tot pure elementen. De kern duwt die elementen zoals metalen weer naar de aardkorst waar mensen het uit kunnen mijnen. Dit proces duurt 35 miljoen jaar. Dat is veel te lang om aan de vraag van de huidige industrie te voldoen. Over 35 jaar zijn bijvoorbeeld lithium en kobalt op. “Daarom hebben wij een oven ontwikkeld waarin dit proces in ongeveer één week plaatsvindt”, aldus Van Meer.
Dat het niet altijd gaat zoals je van tevoren bedacht, merkten de studenten bij de onthulling. De geplande live stream werkte niet. Dat betekende dat de studenten snel moesten schakelen. En er was alleen een onthulling voor de pers. De boodschappen van onder anderen Constantijn van Oranje en Diederik Samsom zijn vanaf deze week via de website en Facebook te zien.
Bekijk hier de boodschap van Robert-Jan Smits, voorzitter van het College van Bestuur van de Technische Universiteit Eindhoven:
De droom
Hoe dan ook, de onthulling voelt als een echte mijlpaal, zegt Van Meer. De oven maakt tastbaar waar hij vanaf de middelbare school van droomde. Een systeem waarmee je iets aan de steeds groter wordende e-waste doet. Die droom werd aangewakkerd door de bevlogenheid van zijn vader, TU/e alumnus Gabby van Meer, die vijftien jaar geleden bij ProRail werkte. Zijn vader hield zich onder meer bezig met de dwarsliggers (de balken tussen het spoor) en de recycling daarvan. De dwarsliggers werden gecoat met creosoot, een zeer giftig materiaal. Dit maakte recycling met bestaande technieken onmogelijk. Een heel traject volgde. Wat leidde tot bijvoorbeeld de samenwerking met Auto Recycling Nederland (ARN) en Leo Nevels, grondlegger van de technologie van Elementary Retraction, de voorloper van CORE’s technologie. Zijn vader wilde een fabriek bouwen, dat is toen niet gelukt.
Hoewel die fabriek er toen niet kwam, was het wel het begin van de reis voor Van Meer. “Elk bewust jaar van mijn leven, ik ben nu 21, probeerde mijn vader dit soort dingen. Dus ik was er ondertussen ook helemaal door geobsedeerd”, bekent hij. Eigenlijk wilde de student accountant worden, maar hij wilde ook met zijn droom verder. Daarom koos hij voor Scheikundige Technologie, omdat “ik wil begrijpen wat er gebeurt”.
Recycler pur sang
In 2017 was hij lid van team Solid, waar hij meewerkte aan de technologie om uit ijzerpoeder energie op te wekken. “Met trots heb ik dan ook gekeken naar hoe het bij Bavaria terecht kwam.” Solid legde in 2018 de focus op verbranding. “Ik ben als technoloog en recycler pur sang absoluut geïnteresseerd in de productie van ijzerpoeder. Niet in de verbranding ervan. En toen dacht ik: Misschien kan ik ook andere complexe afvalstromen recyclen. Zo ontstond team CORE.”
Levenservaring
Van Meer werd team captain en leidt op zijn 21ste een team van 22 mensen. Volgens de student is die rol van captain een hele verantwoordelijkheid. Hij is daarom enorm dankbaar voor de begeleiding die hij en het team kregen van Innovation Space. En later van onder anderen Mia Jelsma, coördinator van de 18 studententeams op de TU Eindhoven.
“Je kan echt altijd bij iemand terecht met je vragen. Met mijn 21 jaar weet ik echt nog helemaal niets.” Hij heeft wel kennis van dit specifieke terrein, maar ontbeert levenservaring, zo zegt hijzelf. Om een team aan te sturen, heb je die ervaring wel nodig, meent Van Meer. “Mijn teamgenoten doen het werk.” Er waren soms tijden dat het allemaal even tegen zat, gaat Van Meer verder. “Dan was Mia er. Zij heeft andere studententeams ook zien worstelen. Als er iets is, zet ze even alles aan de kant en heeft ze een luisterend oor.”
Groter geworden
In mei hoopt Van Meer af te studeren. Dan neemt hij ook afscheid van het studententeam. Niet van zijn missie. Hij wordt businessmanager bij CORE Chemistry, een nog op te richten bedrijf en spin-off van het studententeam. Dat betekent dat hij de touwtjes uit handen moet gaan geven. Dat lukt steeds beter, grapt Van Meer. Eerder deze week had hij een gesprek met een legal advisor wat uitliep. Daardoor schoof de captain later aan bij de wekelijkse teammeeting. “Het is zo mooi te merken dat alles ook zonder mij vlekkeloos doorgaat. Het concept is ondertussen groter geworden dan de dromers die het hebben opgezet.”
De onthulde oveninstallatie werd mede mogelijk dankzij de financiële steun van onder meer Metropoolregio Eindhoven (MRE). In de kern van de oven, de smeltkroes, wordt een afvalmix verhit tot maximaal 1600 graden. Naast de oven, bestaat de installatie uit een systeem om de gassen die in het proces ontstaan af te koelen en te zuiveren.