20 november 2024
Brainport onderwijsinstellingen leiden vanaf 2025 jaarlijks honderden extra technici op
- Onderwijs
- Ondernemen
- Strategie & Organisatie
- Innovatie
- Arbeidsmarkt
Nog maar acht maanden geleden ontstond het Eindhovense InnoSIGN doordat een aantal biologen, data-analisten en softwareontwikkelaars van Philips op eigen voet verder gingen. Met een technologie die is ontwikkeld bij het bekende elektronicabedrijf proberen zij zoveel mogelijk kankerpatiënten een optimale behandeling te bieden wat uiteindelijk levens kan besparen. Met het team van ervaren specialisten won de start-up een Gerard en Anton Award.
Als we de oprichters mogen geloven, is ‘vertrouwen’ het sleutelwoord. Vertrouwen in de methode, vertrouwen in de toekomst maar bovenal: vertrouwen in het team. “We hebben steeds meer de ervaring dat het in eerste instantie gaat om het team. Investeerders willen de mensen zien, de passie die ze uitstralen en de mentaliteit.” vertelt mede-oprichter Paul van de Wiel. Collega en mede-oprichter Sigi Neerken vult aan: “Ons team brengt vele jaren ervaring mee. We hebben ons eerste product al van A tot Z ontwikkeld. Dat straalt vertrouwen uit.” In deze aflevering van Start-up-of-the-day vertellen de twee oprichters meer over hun bedrijf.
Sigi: “Wij zijn een spin-out vanuit Philips, waarbij het gehele team de overstap heeft gemaakt naar InnoSIGN. In twaalf jaar tijd hebben we een methode ontwikkeld bij Philips. Binnen InnoSIGN zetten wij nu de volgende stap en brengen wij deze technologie verder naar de markt. Sinds afgelopen maart zijn we een onafhankelijk bedrijf.”
Paul: “Ik heb een achtergrond als celbioloog. In de tijd dat Philips nog zoekende was naar hoe het bedrijf zich ging profileren, was er redelijk wat vrijheid om allerlei nieuwe onderwerpen aan te pakken binnen het researchcentrum. Ik ben toen naar Philips gekomen om met mijn biomedische kennis bij te dragen aan nieuwe ontwikkelingen, en met mij nog meer collega’s. De laatste jaren heeft Philips zich ontwikkeld tot softwarebedrijf. Om die reden heeft het bedrijf besloten om de biologische activiteiten niet meer in het bedrijf op te nemen. Ze gaven ons daardoor de kans om een start-up op te richten. Er is op dit moment geen actieve samenwerking: we doen dit op eigen benen.”
Sigi: “Met de technologie die we hebben ontwikkeld, kunnen we op een nieuwe manier naar tumoren kijken. Het is vaak moeilijk te voorspellen hoe een patiënt gaat reageren op een medicijn. Met onze methode analyseren we kankercellen en kunnen we beter verklaren waarom ze blijven groeien. Momenteel is dat erg moeilijk, waardoor behandelingen niet altijd helemaal aanslaan. Als we met onze methode zien dat een cel een signaal krijgt om te blijven delen, kunnen wij aanwijzen welke doelgerichte therapie het meest geschikt zou zijn. Zo behandel je kanker op een hele specifieke manier. De kunst is om dit voor iedere patiënt dit kunnen gaan doen.”
“We willen vooral toewerken naar een gepersonaliseerde behandeling voor iedere kankerpatiënt.”
Paul van de Wiel, mede oprichter
Paul: "Voor een gepersonaliseerde behandeling gebruiken we tumormateriaal dat wordt afgenomen van de patiënt. Binnen een paar uur kunnen we met deze analysemethode achterhalen welke medicijnen waarschijnlijk zullen aanslaan zodat de arts de beste behandeling kan bepalen."
Sigi: “We bieden PCR-testen aan aan artsen die door onze software geanalyseerd kunnen worden. Onze testen zijn in de afgelopen jaren door het team ontwikkeld en worden nu ingezet in een groot aantal studies.”
Paul: “Met onze PCR-testen kunnen we verschillende signaalroutes in kankercellen meten. Signaalroutes in cellen zijn belangrijk voor de regulering van processen. De routes kan je vergelijken met de schakelaars in de meterkast. Er zijn er veel, maar het is vooral belangrijk om te weten welke twee of drie aanstaan. Dat is hetzelfde bij kankercellen: als een tumor erg agressief is, kunnen er meerdere routes in een cel zitten. Je moet weten hoe die cellen werken om er voor te zorgen dat celdeling uitblijft. Je kan dan medicijnen geven die de routes onderbreken.”
De PCR-methode die hiervoor gebruikt wordt, is hetzelfde als bij een coronatest. De analyse vindt dus plaats op dezelfde manier als hoe dat ging in de coronatijd.
Sigi Neerken, mede oprichter
Sigi: “Over twintig jaar willen we terugkijken naar het verleden en zien dat onze methode echt heeft geholpen om meer kankerpatiënten een passende behandeling te bieden. Vooral de moeilijk behandelbare patiënten, zoals patiënten die eigenlijk al uitbehandeld zijn, willen we helpen om toch de ziekte te overleven.”
Paul: “Zo heeft recentelijk een 18-jarig jongetje een nieuwe behandeling gekregen, mede op basis van onze test. De jongen lijkt nu genezen terwijl hij volgens traditionele methoden eigenlijk uitbehandeld was. In theorie zou onze methode kunnen werken bij alle vormen van kanker en zelfs voor andere ziektes, maar de uitvoering daarvan ligt nog ver in de toekomst. We moeten namelijk wel een belangrijke kanttekening maken: ja, er zijn veel ontwikkelingen gaande, maar we moeten ook geduld hebben voordat de methode op grote schaal toegepast kan worden. Mensen moeten zich realiseren dat dit processen zijn die meer dan tien jaar kunnen duren.”
Sigi: “De komende twee jaar moeten we aantonen dat onze methode echt werkt bij patiënten en moeten er meer klinische studies komen die dat onderbouwen. Daarna hopen we toestemming te krijgen om het echt te gaan gebruiken in de patiëntenzorg. Wij hebben al verschillende producten op de markt, maar die mogen nu alleen nog voor onderzoeksdoeleinden worden gebruikt. We werken samen met kankercentra in Europa en Amerika. Zij stellen tumormateriaal beschikbaar voor de studie, waarna wij de resultaten analyseren.”
Paul: “We zijn ook de eerste contacten met zorgverzekeraars aan het leggen. Als we ons concept op grote schaal gaan toepassen, is het belangrijk dat in de toekomst onze test vergoed wordt. Op deze manier is het laagdrempeliger voor artsen om van onze methode gebruik te maken, en leidt het uiteindelijk tot betere en ook minder dure behandeling van kankerpatiënten.”
Sigi: “Ik denk dat geen één start-up het makkelijk vindt om meteen voldoende financiering te krijgen. De 9 miljoen die we nu hebben, gebruiken we voor het bewijzen van de effectiviteit van onze methode, dus we zijn er nog niet. Het hangt van enorm veel factoren af of je financiering krijgt. Veel investeerders in Europa willen het liefst pas financieren als er al een goed werkend product is dat meteen verkocht kan worden, maar we hebben juist ook geld nodig voor die fase daarvoor.”
Paul: “Wat denk ik wel in ons voordeel werkt, is dat we ook investeerders uit Amerika hebben. De Europese markt lijkt wat conservatiever. Amerikanen durven meer risico’s te nemen: we konden daar zelfs meer investeerders vinden dan we in eerste instantie nodig hadden. Investeerders onder elkaar trekken elkaar ook mee in die mentaliteit om risico’s te nemen.”
Lees meer over InnoSIGN