Sluiten Close icon
Sluiten Close icon
Sluiten Close icon
Sluiten Close

Ontdek Brainport

Ondernemen & Innoveren

Leren & Werken

Partnership Brainport Eindhoven & PSV

Sluiten Close

Fe+male Tech Heroes-diner verbindt, ook in coronatijd

Het geplande tweedaagse congres van Fe+male Tech Heroes kon in mei niet doorgaan. Geheel volgens de coronamaatregelen was er wel een diner.

Geschreven door Innovation Origins

12 september 2020

Het geplande tweedaagse congres van Fe+male Tech Heroes kon in mei niet doorgaan. Geheel volgens de coronamaatregelen was er wel een diner.

Geschreven door Innovation Origins

12 september 2020


“Dank je wel dat je hebt laten zien dat er ook op anderhalve meter verbinding mogelijk is”, was het grootste compliment dat Ingelou Stol kon krijgen na het Fe+male Tech Heroes diner. Afgelopen week hield zij samen met Hilde de Vocht voor de eerste keer sinds de coronatijd een event voor ruim honderd mensen op de High Tech Campus Eindhoven. Het diner was binnen twee dagen uitverkocht.

Stol en De Vocht begonnen met Female Tech Heroes in maart 2019 omdat vrouwen ondervertegenwoordigd zijn in de technieksector. Fe+male Tech Heroes telt nu ruim tweeduizend leden. 

Diversiteit en innovatie

Stol: “We hebben diversiteit nodig voor de beste innovaties.” Dat wil Stol met het netwerk uitdragen. Mannen zijn ook van harte welkom, zegt Stol. “Diversiteit is iets dat we samen moeten doen”. Er zijn tijdens het diner vijftien mannen, vorig jaar waren dat er drie. De naam van het netwerk veranderde van Female Tech Heroes naar Fe+male Tech Heroes. “We streven naar dertig procent man in ons netwerk.” 

De tafelschikking is vrij. Iedereen zoekt een plek op anderhalve meter afstand van elkaar. Anders dan het vorige diner, tijdens de Dutch Design Week vorig jaar. Toen wisselden de aanwezigen van plaats om nieuwe connecties te maken. Dat dit nu niet kan, maakt voor de gesprekken niet uit. 

Rolmodellen

Tussen de gangen door zetten Stol en De Vocht een aantal gasten extra in de spotlight. Zoals de rolmodellen die door HTCE-stagiaire Anna Mazur zijn geportretteerd. Onder anderen Nur America, die benadrukt dat het belangrijk is om je niet te laten leiden door angst. Je moet meer uitgaan van “your true self” en niet bang zijn voor wat anderen van je keuzes vinden.

Of Gareth Thomas, die zich soms bewust in de minderheid plaatst, om te begrijpen hoe dat voelt. “Ik ben een creatief persoon en soms moet ik helemaal loskomen van mijn vaste patronen. Dan is het goed om in een compleet andere omgeving te zijn en te ontdekken hoe andere mensen naar de wereld kijken.” 

Vrouwelijke investeerders

Bijzonder is dat er die avond twee vrouwelijke investeerders zijn. Daaraan zie je het belang van zo’n avond als ontmoetingsplek, zegt Stol. Naast Simone Brummelhuis, van onder meer Borksi Fund, is Eva de Mol aanwezig. De Mol startte begin dit jaar een investeringsfonds met Janneke Niessen, CapitalT. Een fonds dat investeert in softwarebedrijven die zich in een “heel early stage bevinden”. Met bedragen vanaf 200 duizend tot 3 miljoen euro. “Dat is wel heel tof, want in Nederland zijn er heel weinig investeerders die zo vroeg investeren.”

Eva de Mol is ook een van de sprekers op het symposium van Fe+male Tech Heroes in mei volgend jaar. Ze is gepromoveerd econoom en onderzocht het effect van teamcompositie op het succes van een bedrijf. Ze promoveerde aan de Amerikaanse universiteit Berkeley en woonde een paar jaar in San Francisco. Daar leerde zij dat het goed is om al in een vroeg stadium in een bedrijf te investeren en dat in die fase “het team het allerbelangrijkste is”. “Een forecast en een businessplan zijn mooi, maar uiteindelijk weten we allemaal dat die heel vaak niet uitkomen. Als je de juiste mensen op de juiste plek hebt zitten, dan kom je juist door die tegenslagen heen en alles wat niet lukt zoals je dat van tevoren had bedacht.”

Bias

Gebaseerd op haar onderzoek ontwikkelden De Mol en Niessen een model om te kijken of een team echt complementair is. “Het gaat dan om kennis en vaardigheden, maar ook of er een gedeelde visie is, welke passies de ondernemers hebben en of ze flexibel zijn.” Ook gelooft De Mol in data gedreven benadering. Ze is zich bewust van haar ‘bias’ en wil haar beslissingen niet laten leiden of zij wel of niet een product interessant vindt. “Ik geloof in een data gedreven approach bij investeren. Het is heel makkelijk om je intuïtie te laten bepalen om bepaalde beslissingen te nemen, maar dat is niet altijd goed. Als je objectieve feiten neerlegt, bijvoorbeeld over het team, dan wordt het makkelijker om elkaar daarop aan te spreken. Dat werkt als een goede spiegel.”

Uit onderzoek van De Mol en Niessen blijkt dat slechts 1,6 procent van het venture capital naar vrouwen gaat. “Investeerders investeren in wat op hem of haar lijkt. Er is een directe correlatie tussen een mannelijk investeringsteam en het type investeringen dat ze doen.”

Vasthouden aan droom

Dat investeerders vooral mannen zijn, merkte Chantal Linders van Greenhabit. Zij ontwikkelde een game waarmee je in kleine stapjes werkt aan je mentale en fysieke gezondheid. De afgelopen twee jaar hield ze tweehonderd keer haar pitch, meestal voor mannen. Ze kreeg net zo vaak de deksel op haar neus: “Je hebt een super mooi idee maar zorg eerst maar voor een beetje tractie.” Toch hield ze vast aan haar droom “wereldwijd zo veel mogelijk mensen te helpen, om de levensverwachting te vergroten en mensen gelukkig te maken”. In haar digitale proeftuin ontwikkelde ze de game verder. Met achter de schermen haar echtgenoot, vond ze haar manier om toch die droom te gaan verwezenlijken. 

Het was ook een eenzame tijd, bekent Linders. “Als je zo vaak te horen krijgt dat wat jij wil niet kan of te groot is dan zonder je je een beetje af.” Maar Linders was vasthoudend en zocht naar mensen die haar verder konden helpen. Ze werkt nu samen met het ministerie van Volksgezondheid. “Het fijne van geen investeerders aan boord is dat ik nu in vijf minuten kan beslissen welke kant ik op ga.” Linders is een van de sprekers op het, vooralsnog, geplande Fe+male Tech Heroes event in december.

Een opvallende verschijning in het gezelschap was Toam Jaber. Zij heeft als enige een sluier om. Jaber vertegenwoordigt samen met Cheryl Boyd het HighTechXL programma, dat start-ups bouwt rondom een bestaande techniek. Zij zijn erg te spreken over de aanwezigheid van investeerders als Brummelhuis en De Mol. “Het is voor start-ups vaak erg moeilijk om geld binnen te halen”, weet Boyd.

Openstaan voor nieuwe ervaringen

Jaber kwam tweeënhalf jaar geleden met haar man, die voor Signify werkt, naar Eindhoven. Oorspronkelijk komt ze uit Jordanië, maar ze woonde met haar man in Dubai. Ze is opgeleid als architect. In dat vak vond ze hier geen baan. Doordat ze diverse bijeenkomsten bezocht, ontmoette ze andere mensen en kwam ze uiteindelijk terecht bij HighTechXL. Daar is zij nu program director. “Wat ik zo mooi vind aan Eindhoven is dat als je echt open staat voor nieuwe ervaringen, dat de mensen dan ook open staan voor jou.”