e/MTIC heeft een enorm draagvlak onder de professionals

In juni dit jaar gaat Piet Batenburg, voorzitter van de raad van bestuur van het Catharina Ziekenhuis, met pensioen. Batenburg is een van de grondleggers van e/MTIC, het Eindhoven MedTech Innovation Center, een strategische samenwerking tussen drie ziekenhuizen, Philips en de Technische Universiteit Eindhoven (TU/e). Hij had zijn laatste maanden bij het ziekenhuis wat anders voor ogen, maar nu ligt zijn focus op het bestrijden van het coronavirus Covid-19. “Natuurlijk vind ik het jammer, maar we zetten ons op dit moment met vrijwel de hele organisatie in om het virus onder de duim te krijgen.” Veilig via een videocall kijkt Batenburg in dit interview terug op het ontstaan van e/MTIC en hoe dit initiatief straks verder gaat zonder hem.

De basis voor e/MTIC zoals we het nu kennen werd in 2014 gelegd. Een besluit van de overheid om een aantal ziekenhuizen met een stimuleringsregeling van geld voor onderzoek te voorzien, zette Batenburg aan het denken. “Deze ziekenhuizen zouden een onderscheidend wetenschappelijk profiel hebben, kreeg ik te horen bij een vergadering van de Samenwerkende Topklinische Opleidingsziekenhuizen. Ik was daardoor verrast, want naar mijn idee hebben veel meer ziekenhuizen een onderscheidend wetenschappelijk profiel. Ik spreek dan niet alleen over het Catharina Ziekenhuis. Die dag ben ik verder gaan nadenken over wat wij zouden kunnen doen om ons meer te ontwikkelen op het gebied van research.” 

Krachten bundelen

“In de omgeving Eindhoven kunnen wij de krachten bundelen met een potentie en kansen waar de rest van Nederland niet tegenop kan, namelijk in een samenwerking met de TU/e. Want in die combinatie met de ziekenhuizen dacht ik op dat moment nog. Mijn collega Jan Harm Zwaveling van het Maxima Medisch Centrum was enthousiast. We zijn in gesprek gegaan met de toenmalige voorzitter van de raad van bestuur van de universiteit, Jan Mengelers. Jan vond het ook een prima idee en zei: ‘We maken het helemaal niet te kopiëren in het land als wij Philips erbij betrekken’. Een dergelijke relatie als Philips met de TU/e heeft, dat vind je niet bij de andere technische universiteiten.  Philips bedacht vervolgens om Kempenhaeghe erbij te betrekken en zo kwamen de e/MTIC partners bij elkaar.”

Specialisten op het wereldtoneel

“We werken binnen e/MTIC alleen samen op de terreinen waar onze specialisten op het wereldtoneel staan wat betreft wetenschappelijk onderzoek. Zij zijn aanwezig bij grote internationale congressen en publiceren in vooraanstaande tijdschriften. Voor het MMC en Kempenhaeghe zijn deze gebieden respectievelijk  het moeder-vrouw-kind en slaap. Voor ons zijn dat de hart- en vaatspecialisten en inmiddels ook oncologie, dat steeds meer een rol binnen e/MTIC gaat spelen. Oncologie voldoet bij ons aan het criterium dat de specialisten zich op het wereldtoneel bevinden. Wil de samenwerking binnen e/MTIC slagen, dan moet er een verbinding zijn met de onderzoeken van de TU/e en Philips. Uiteindelijk hebben we samen die verbinding gevonden en dan komt het geheel in beweging.” 

Strategische herpositionering

“Je kunt je afvragen waarom dit vliegwiel, dit samenwerkingsverband, draait. Dit vliegwiel draait vooral dankzij het feit dat de grote meerwaarde wordt gezien door zowel de onderzoekers in de ziekenhuizen als de mensen bij de TU/e en Philips. Zij weten elkaar allemaal op inhoud te vinden. Philips en de TU/e kijken uiteraard ook naar hun output. Bij de universiteit zijn dat publicaties en promoties en valorisatie: kan dat wat bedacht wordt ook naar een maatschappelijke waarde worden vertaald? Voor Philips is de uitkomst dat er intellectueel eigendom uit voorkomt en dat er producten naar de markt gaan. Twee ontwikkelingen hebben de afgelopen jaren bijgedragen aan het succes van onze samenwerking. Ten eerste de strategische herpositionering van de Technische Universiteit Eindhoven. De universiteit heeft een aantal strategische richtingen gekozen, dwars door hun faculteiten heen en daar is Health er een van. Ten tweede is Philips een medisch-technisch bedrijf  geworden. Hun focus ligt dus op de gezondheidszorg.”

Specialisten aantrekken

Voor de ziekenhuizen binnen het samenwerkingsverband is de meerwaarde dat e/MTIC toegang biedt tot hoogwaardig wetenschappelijk onderzoek. “En daarmee trekken wij goede specialisten naar Eindhoven. Mensen uit andere delen van het land komen bij ons in het ziekenhuis werken als specialist, terwijl ze ook in bijvoorbeeld Amsterdam een academische carrière zouden kunnen hebben. Bij ons kunnen ze een prachtige mix maken van klinisch wetenschappelijk onderzoek en werken in de dagelijkse praktijk. We hebben met alle partijen binnen e/MTIC heel goed voor ogen wat ons belang is.” 

Voordeel voor de patiënt

Ook de patiënten hebben uiteraard voordeel van de samenwerking. “De toegevoegde waarde voor de patiënten is dat we goede dokters kunnen aantrekken en voor een kleinere groep patiënten geldt dat ze soms kunnen profiteren van innovaties die we aan het ontwikkelen zijn. We zijn bijvoorbeeld een nieuwe technologie aan het testen waarbij we patiënten in een vroegere fase naar huis sturen en veilig monitoren. De juiste zorg op de juiste plek. Er is geen betere plek om te herstellen dan thuis, maar dat dan moet wel veilig gebeuren. Philips heeft daar een technologie voor ontwikkeld die bij ons met verschillende categorieën patiënten getest wordt.”

Het voortbestaan van e/MTIC

Afsluitend werpt Batenburg nog een blik op de toekomst. “Iedere bestuurder die vertrekt maakt natuurlijk de balans op. Waar heb ik een zinvolle bijdrage aan geleverd? Wat zal er over een aantal jaren nog staan? Dan ben ik ervan overtuigd dat e/MTIC er over een aantal jaren nog steeds zal staan. Deze samenwerking heeft zo’n enorm draagvlak onder de professionals. Het is een mooie optelsom: de onderzoeken van de toppers in onze organisaties, de strategische positionering van de TU/e en Philips als medisch bedrijf geven een zodanig sterke basis dat ik geen enkele twijfel heb dat e/MTIC zal voortbestaan.”

 

Interview door: Sabine te Braake