Hoe slimmer gebruik van software en data voor betere machines zorgt
Bij het Software Competence Center (SCC) op Brainport Industries Campus kunnen ondernemers terecht voor vragen rond data en digitalisering. Wim Renders is manager van het High Tech Softwarecluster dat met de leden eigenaar is van het SCC. Renders legt uit: “De maakindustrie wordt steeds complexer. Software krijgt voor de groei van bedrijven een belangrijkere rol. In dit centrum kunnen bedrijven kennis opdoen over het slim ontwikkelen en gebruiken van software. We zien dat software nog te veel verstopt zit, we proberen in het SCC de rol van software zichtbaar te maken. Met verschillende voorbeelden laten we zien wat er allemaal mogelijk is.” Hiervoor organiseert het centrum lezingen, workshops en andere evenementen. Ondernemers worden op weg geholpen met hun vragen en in onderzoeksprojecten werken bedrijven samen met het onderwijs om kennis te verzamelen.
Steeds eerder stappen bedrijven al tijdens het ontwerpproces van machines de digitale wereld in. Nog voordat er ook maar één schroefje in een prototype zit, wordt virtueel alles in elkaar gezet van machine en software die de boel aanstuurt tot hoe zo’n machine past in het productieproces van de fabriek. “Dat moet ook wel”, vertelt Renders, namens het High Tech Software Competence Center waar hij bedrijven op weg helpt richting digitalisering en slimmer werken met software. “Machines en productieprocessen in de hightech productie worden steeds ingewikkelder. Software krijgt hierin een steeds belangrijkere rol.”
In de digitale wereld kun je niet alleen een machine testen in een productieproces, maar kun je ook modellen van de software meteen mee laten draaien. “Hierdoor hoef je niet eerst een prototype te maken om vervolgens de software er op te zetten en dat je dan pas merkt dat iets niet klopt. Door in een digitaal model al bezig te zijn met de code voorkom je fouten. Op deze manier ontwikkelen gaat zo’n tweemaal sneller.”
Renders legt uit dat software schrijven iets complex is: “Programmeurs schrijven code met een bepaald doel, maar als er iets verandert in het productieproces, kan het zijn dat de software niet meer klopt. Opsporen waar dit precies zit kan dan lastig zijn. Zeker als een andere programmeur het overneemt. Waarom heeft de voorganger het op deze manier geprogrammeerd en in welke regel zit het verstopt? Dat moet je allemaal nagaan. In het model based programmeren voorkom je die speurtocht. Een machinebouwer weet welke functionaliteiten er in een machine zitten en wat die machine moet kunnen. Dus kan er vrij eenvoudig een model gebouwd worden met die functionaliteiten, dit kan automatisch worden omgezet in code. Hiervoor hoeft iemand niet eens te kunnen programmeren.”
Niet alleen voor nieuwe machines
Het Software Center is er niet alleen voor bedrijven die nieuwe machines of producten ontwikkelen, benadrukt Renders. “Vroeger was er meer aandacht voor het mechanische deel van de machine. Terwijl tegenwoordig steeds meer machines met het internet verbonden zijn en onderling moeten kunnen communiceren. Er is veel meer data beschikbaar door de beschikbaarheid van goede sensoren, alles is veel complexer. Iemand die een bedrijf start kan alles nog naar eigen wens inrichten. Bestaande bedrijven kunnen dat niet, zij werken met machines die al een tijdje meedraaien en alles in één keer vervangen is onbetaalbaar. Maar ook zij willen de volgende stap in digitalisering zetten. Hoe kun je oude en nieuwe machines samen laten werken? Wij willen ze helpen om meer uit hun machines te halen.”
Hiervoor is het volgens Renders belangrijk om naar het grote plaatje te kijken. Steeds meer bedrijven weten dat ze ‘iets’ met data of hun software kunnen doen, maar weten niet zo goed waar te beginnen. “Probeer als bedrijf na te gaan waar mogelijkheden liggen, staar je niet blind op de techniek. Vraag je constant af waarom je bepaalde gegevens wilt verzamelen. Als je wilt weten hoe je onderhoud moet inplannen, heb je andere gegevens nodig dan wanneer je je kwaliteitscontrole wilt verbeteren. Wij kunnen helpen met het beantwoorden van die vragen. We hebben een breed netwerk en kunnen mensen in contact brengen met experts op allerlei gebieden.”
Samenwerking tussen verschillende systemen
De communicatie tussen verschillende merken machines en verschillende systemen vormt nog een een uitdaging. Renders: “Verschillende systemen werken soms nog apart van elkaar, dat kan voor problemen zorgen. Hoe meer systemen je met elkaar samen laat werken hoe meer inzicht je hebt in wat er gebeurt en daarop kunt handelen. Hier komt veel bij kijken. Het is vaak veel ingewikkelder dan het lijkt, informatie wordt via allerlei stappen uitgewisseld. Daarom is het goed om holistisch te denken, maar met simpele, duidelijke doelen voor ogen. Als je dit inzicht hebt kun je stappen gaan maken, daar ben ik van overtuigd.”
“Machinebouwers die bij het ontwerpen van een productiemachine al rekening houden met wanneer deze onderhoud nodig heeft, helpen producenten. Zo kan een fabrikant zijn productieplanning hier op aanpassen. Het gaat om verder kijken dan eigen processen”, geeft Renders als voorbeeld.
Crossovers naar andere gebieden
Kennis die het centrum verzamelt, is niet alleen bedoeld voor de hightech maakindustrie, het is de bedoeling dat ook andere sectoren hiervan zullen profiteren. “Digitalisering is in alle sectoren aan de gang. De AGV-karretjes waarmee we testen moeten obstakels kunnen ontwijken en precies op de juiste plek stoppen om de robotarm zijn werk goed te kunnen laten doen. Dit kun je ook in een stal doorvertalen, waar de AGV eieren raapt bijvoorbeeld. Of voor Defensie, die onbemande verkenningsvoertuigen inzet in gevaarlijke gebieden. Het principe is hetzelfde, de omgeving is alleen anders. Uiteindelijk moet de kennis die wij hier opdoen met zijn allen, niet alleen de maakindustrie vooruit helpen.”