Maak kennis met onze pionier: Vita Broeken

Wie ben je? 

Mijn naam is Vita Broeken. Ik ben 23 jaar en ik kom oorspronkelijk uit Nijmegen. Ik heb vijf jaar in Eindhoven gewoond, maar vanwege corona en stage ben ik weer terugverhuisd naar Nijmegen. 

Welke opleiding doe je? 

Ik zit nu in het tweede jaar van het internationale semester van de master Innovation Management aan de TU/e. Hiervoor heb ik de bachelor Industrial and Product Design afgerond. 

Wat houdt de opleiding in? 

Het is een master van Technische Bedrijfskunde. Daarin kijk je hoe je bedrijven innoveren, welke processen ze doorlopen en hoe deze goed gestuurd kunnen worden. Het is een creatieve studie, maar er zit ook veel data-analyse in. In mijn master heb ik me gespecialiseerd in duurzame ontwikkeling. Ik richt me dan op vraagstukken als hoe je kunt bepalen of een product duurzaam is en wat de levensloop van een product is. 

Waarom heb je voor deze opleiding gekozen? 

Na de bachelor Industrial Design ben ik bezig gegaan met een start-up. Dat was heel leerzaam en leuk, maar daar ontdekte ik dat ik juist het stukje vanuit bedrijfsperspectief heel erg interessant vond. Dat is toch wel veel meer Innovation Management dan Industrial Design. Daarom heb ik een premaster gedaan om uiteindelijk de master Innovation Management te doen. 

Dat ik voor de bachelor koos, was omdat ik altijd al iets creatiefs wilde doen. Ik ben ook bij de kunstacademie wezen kijken en bij design studies. Maar ik vond op de middelbare school natuurkunde ook heel erg leuk en zo kwam ik bij technische studies uit. Ik vond de sfeer in Eindhoven heel erg relaxed fijn, veel meer dan in Delft. En op de TU/e werk je aan projecten van een half jaar. Dat trok mij heel erg. 

Waarom heb je voor de TU/e gekozen? 

In Eindhoven leer je heel erg dat er niet maar één oplossing voor een probleem is. Dat vind ik een goede aanpak om naar dingen te kijken. In Eindhoven is er meer data-analyse en is er meer een technische kant aan de innovatie. Dat vind ik zelf best leuk om te. Zodoende heb ik besloten om aan de TU/e te studeren en niet in Wageningen, waar het perspectief op de voedselsector vrij lineair is.  

Kun je wat meer over de start-up vertellen? 

Ik heb bij Upprinting Food gewerkt. Dat is ontstaan vanuit het bachelorafstudeerproject bij Industrial Design van een vriendin van mij, Elzelinde van Doleweerd. Samen zijn we naar China gegaan om het verhaal te presenteren: wat kun je doen met voedseloverschotten. Daar kwamen we op het idee om het verder uit te werken en daar hebben we ongeveer een jaar aan besteed. Ïk begon toen aan mijn master en dat was helaas niet te combineren met een start-up.  

Ik vond voedsel altijd heel erg interessant. Eén van de studies waar ik ook naar ben gaan kijken was Food Design, maar dat is het uiteindelijk niet geworden. Maar ik wist dat ik heel veel zou leren van een start-up, dus dat was voor mij een reden om me aan te sluiten bij Upprinting Food. Het was een mooie kans en heel erg leuk om met z’n tweeën te doen. 

Heb je naast de start-up nog iets naast je studie gedaan? 

Toen ik aan mijn master begon, werd er in de TU/e innovation Space een project in de voedselsector opgezet. Ze vroegen mij om daar studentassistent voor te zijn en inmiddels ben ik dat al twee jaar. Als studentassistent doe ik van alles. Het is een project genaamd ‘Food 4 health and safety’, van het Ministerie van Defensie. In het begin was ik vooral bezig met de ontwikkeling, dus hoe we het onderwijs gingen aanbieden, samen met Wageningen University en Universiteit Utrecht. Het was heel erg leuk om als student mee te denken over vraagstukken als hoeveel ect’s erbij zitten, wat de inhoud moet zijn en wat de opdrachten voor studenten moeten zijn. Vervolgens heb ik geholpen met het werven van studenten om aan de challenge mee te doen. Maar ook hebben we de website moeten maken. Dat deed ik samen met een student uit Wageningen. Ook maakten we nieuwsbrieven, beheerden we de social media, contacteerden we media, enzovoorts. En zodra de challenge was gestart, was er natuurlijk minder werk en heb ik een groepje studenten begeleid in het vak.  

Heb je ook in een studententeam gezeten?  

Ja, ik was team leader bij It’s Protein. Dat was een challenge van Wageningen University, waar we met 9 mensen bezig geweest zijn met hoe we ervoor kunnen zorgen dat mensen meer plantaardig gaan eten. We hebben onderzocht welke informatie mensen nodig hebben. We zagen dat mensen vaak bang waren dat het niet lekker of heel duur zou zijn of dat het niet genoeg voedingsstoffen zou bevatten. Daarover hebben we advies gegeven. Dat was heel erg leuk om te doen. 

Dat ik aan dit project van Wageningen University meedeed, komt omdat ik vanuit de TU/e innovation Space werd gedetacheerd naar de alliantie TU/e, Wageningen University en Utrecht Universiteit. Zo kwam ik in aanraking met het project en kon ik eraan meedoen. 

Sinds december 2020 ben ik actief bij Syfly en sinds maart 2021 ben ik er Promotion Manager en onderdeel van het Strategy Team. Eigenlijk is dat een grotere rol dan Promotion Manager. Het is een groep van vier mensen, waarin we social media posts maken, media benaderen, video’s maken. Het is heel creatief en dat is heel leuk. Ik sloot me er deels bij aan omdat het om een stukje duurzaamheid gaat, maar ook omdat ik heel wat mensen uit het team kende. Ik wist dat het een heel leuk team was en ik wilde graag wat leuks doen, omdat ik er de tijd voor had. Ze kijken met drones hoe je voedsel kunt oogsten, met het idee dat je dat kunt verbeteren. Dat is een heel erg interessant project. 

Wat wil je later gaan doen?  

Uiteindelijk zou ik heel graag op het stukje duurzaamheid in de voedselketen willen werken. Dus wel heel erg vanuit het innovatieperspectief. Dus: hoe kun je duurzame innovatie doorbrengen in de voedselsector? Zo ga ik bijvoorbeeld afstuderen bij Ahold Delhaize op het gebied van sociale verantwoordelijkheid in de keten. Daarbij gaat het erom hoe er in verschillende landen en in verschillende ketens wordt omgegaan met mensen en met de omgeving. Daar ga ik onderzoek naar doen en projecten over draaien. Dat vind ik heel erg leuk. Dat is ook echt de richting waar ik heen wil.  

Wat vind je zo leuk aan de voedselsector? 

Voedsel is iets wat er altijd is en wat heel belangrijk is voor mensen. Het is best wel lastig om goede keuzes te maken als je kijkt naar de duurzaamheid van voedsel. Het is een complex probleem. Voedselketens zijn er wereldwijd en er zijn allerlei verschillende problemen mee. Het inspireert me om ermee aan de slag te gaan.  

Wat vind je belangrijk aan een latere baan?  

Ik zou graag willen werken op een plek waar ik contact heb met mensen die geen onderdeel zijn van het bedrijf. Dat vind ik belangrijk, want dan wordt je wereld niet zo klein. Ik heb gemerkt dat ik het leuk vind om contact te hebben met klanten en mensen met wie je gaat testen. Dat stukje waarin je met veel mensen communiceert.  

Wat vind je van studeren en leven in Brainport Eindhoven? 

Ik moet zeggen dat ik Eindhoven heel relaxed vind. Alles is altijd oké. Er is zo weinig gedoe. Het is een heel fijne plek. Er zijn heel veel mogelijkheden. Het is zo leuk dat je op de universiteit zoveel projecten kunt doen voor bedrijven en organisaties, zoals DAF en de gemeente Eindhoven. Dat is de essentie van het onderwijs en dat is top. Je merkt dat er vanuit de regio ook heel veel interesse is in studenten. Als student kun je alles maken, vragen en doen. Dat is gewoon leuk. Verder zijn er ontzettend veel leuke studentenverenigingen. Je kunt er sporten, dansen, fotograferen. Je kunt er van alles doen wat je leuk vindt. Het is ideaal, eigenlijk. 

Wat zou je graag nog meer willen vertellen aan (toekomstige) studenten in Brainport Eindhoven? 

Studeren gaat niet alleen maar over het halen van je studie. Er is zoveel te doen rondom je studie, waar je nog vele meer van kunt leren, dan alleen het inhoudelijke van je studie. Daar leer je natuurlijk heel veel van, maar er zijn ook dingen als de studententeams en studentassistent zijn. Dat is superleuk en die zijn heel goed voor je ontwikkeling. 

Toen ik intromama was, zei ik ook: “Het is niet belangrijk dat je je studie nominaal haalt. Het gaat erom dat je zoveel mogelijk leert tijdens je studieperiode en dat je zoveel mogelijk dingen doet. Dus doe dat ook gewoon.”