AIIM ontwikkelt een nieuwe generatie robots die slimmer en intuïtiever navigeren

Tijdens zijn studie raakt Gijs Dubbelman verknocht aan kunstmatige intelligentie. Vijftien jaar later is hij als co-oprichter en CTO van AIIM (AI in Motion) nog steeds elke dag bezig met het intelligenter maken van systemen. “Bij AIIM ontwikkelen we flexibele en robuuste systemen die hun omgeving waarnemen en erop kunnen anticiperen.”

AIIM (AI in Motion) is inmiddels drie jaar oud. De startup is een spin-off van investeerder Navinfo Europe – een bedrijf gespecialiseerd in digitale kaarten voor de automotive industrie - en het Mobile Perception Systems lab van de TU/e waar Dubbelman leiding aan geeft. “De technologie werd op een gegeven moment zo volwassen, dat het geen wetenschappelijk onderzoek meer nodig had. Maar, het was ook niet zo dat er dan al een kant en klaar product lag. Met AIIM springen we in dat gat. ”

Dat Dubbelman zijn wetenschappelijke onderzoek aan de TU/e bij AIIM direct in de praktijk brengen, bevalt hem goed. “Universiteiten zijn heel transparant; we publiceren alle onderzoeksresultaten. Daar zie je bedrijven dan mee aan de haal gaan en van profiteren. Geweldig natuurlijk, maar met AIIM kunnen we er nu zelf ook van profiteren.”

Prototype van een zelfrijdende auto

AIIM bestaat uit twee afdelingen: next-gen mobiele robotica en het ondersteunen van de lokale mobiliteitsindustrie in de Brainportregio. Voor de laatstgenoemde tak ontwikkelde AIIM een prototype van een zelfrijdende voertuig. Aan boord van het voertuig bevindt zich de complete infrastructuur aan netwerken en software. “Bedrijven ontwerpen een stukje AI-software dat een specifiek probleem oplost in een grotere keten. Wij integreren hun stukje software in ons voertuig, zodat ze hun technologie in het grotere geheel kunnen testen”, vertelt Dubbelman.

Intuïtieve navigatie

Het prototype bood AIIM ook mogelijkheid om de eigen AI-technologie te testen. “We zijn gaan kijken: waar willen we onze eigen technologie gaan toepassen? In de automotive sector moeten we concurreren met grote automerken die complete AI-afdelingen hebben, terwijl we in de AGV-sector (Automatic Guided Vehicle) echt een verschil kunnen maken.”

AIIM focust dus op de toepassing van AI in de AGV-sector. Het doel is om een nieuwe generatie robots op de markt te brengen: Autonomous Mobile Robot (AMR). De robots navigeren intuïtief, zodat ze flexibeler en robuuster worden, in tegenstelling tot hun voorgangers.

Dubbelman noemt de automatisering van de robot in een warehouse als voorbeeld. “De robots zijn er al, maar wij maken ze slimmer. De meeste AGV’s die nu rondrijden, doen dat over vaste paden en zijn tot op de laatste millimeter geprogrammeerd. Eigenlijk zijn het vrij domme systemen”, zegt Dubbelman. “Zodra er iets misgaat, ligt alles stil.”

Mapping, lokalisering en objectherkenning

Objectherkenning en de omgeving van de robot in kaart brengen – en aangeven waar de robot zich op die kaart bevindt (mapping en lokalisering) – zijn de twee belangrijkste aspecten bij automatisering van AGV’s. Lokalisering is een klassieke technologie die de robot van A naar B laat rijden. AIIM zet vooral in op het eerste aspect: het geven van betekenis aan objecten. “We trainen een kunstmatig netwerk om objecten te herkennen in beelden. Dat doen we door bijvoorbeeld duizenden voorbeelden van een pallet te laten zien, zodat het netwerk ze in het vervolg zelf kan herkennen.”

Vertrouwensslag

AIIM levert de software aan de AGV-fabrikant, die de robots uiteindelijk verkoopt aan de eindklant. “Het is voor zowel AIIM als de AGV-fabrikant nog heel erg zoeken hoeveel die eindklant overheeft voor een nieuwe generatie automatische AGV”, vertelt Dubbelman. Bovendien moet de eindklant vertrouwen krijgen in de AI-technologie.

“Een grote uitdaging”, vertelt Dubbelman. “Een bedrijf gaat geen miljoenen investeren als het niet zeker weet of de technologie honderd procent betrouwbaar is. Samen met onze partners moeten we dus projecten draaien om te bewijzen dat onze technologie werkt. Zonder subsidies lukt dat niet. Aansluiting vinden bij nationale en Europese subsidieprojecten, is dus heel belangrijk. Brainport is daarin een belangrijke schakel.”

Roerig begin

AIIM heeft een roerig begin achter de rug: het eerste jaar stond in het teken van opstarten en vervolgens brak er een wereldwijde pandemie uit. Inmiddels bevindt de start-up zich in het derde jaar, en ziet Dubbelman dat er zich steeds meer kansen voordoen. De aankomende twee jaar moet de technologie van AIIM écht volwassen worden.  

“Dat kunnen we alleen bereiken samen met AGV-producenten die in ons geloven, zodat we een eindproduct ontwikkelen die we samen aan een eindklant kunnen verkopen.” Over vijf jaar hoopt Dubbelman dat er een kleine duizend AGV’s rondrijden in Europese magazijnen met de AI van AIIM. “Die robots zijn 24/7 actief en worden ingezet om de productie en logistieke processen efficiënter en flexibeler te maken.”